Van pete(re)n van driemelen lodewijcke/ ende andriese van rode gebruede(re)n/ Item van alsulken gedinge als geweest is voir meyere en(de) scepen(en) van loeven(en) inde banck/ aldair tusschen peteren van driemilen die na den rechte d(er) stat van loeven(en) comen en(de)/ geleidt is tot den goeden lodewijcks van rode van brugge in deen sijde en(de) andriese/ van rode brued(er) des voirs(creven) lodewijcs van rode in dandere als vanden viergedeelte/ vander thienden van os die achtiendeelen gedeilt sijnde gelijcmen die vanden/ abdt van epsternaken boven triere in leenschen rechte houdende is Dair/ aff de voirs(creven) peter van driemelen thoende met mannen van leen des abdts van/ epsternaken dat sij voirmails gesien hadden dat dabdt van epsternaken voirmails/ sekere p(er)sonen commissie gegeven hadde om van geliken bynnen brabant p(ar)tijen recht/ te doen Ende als de manne die commissie sagen soe wijsden sij en(de) deden p(ar)tijen/ dair op recht ter manissen des gheens dair op de voirs(creven) commissie sprack ende/ soe ware de manne des dan wijs waren dat wijsden sij ende en waren sij des/ niet wijs soe togen sij dair mede tot in des abds camere tot epsternake(n) als aen/ hore hoet (et)c(etera) Es tvonnis bijden scepen(en) van loeven(en) gewijst ter manissen des/ meyers van loeven(en) datmen den voirs(creven) peteren houden sal in sijnen beleyde/ vanden voirs(creven) iiii gedeelten van xviii deelen der voirs(creven) thienden Ende soe wair/ de voirs(creven) andries ennich recht dare aff versueken wilt dat hij dat doen/ sal bynnen brabant ter plaetsen dare dat gewoenlijck is geweest gelijc de voirs(creven)/ wairh(eit) gedragen heeft Cor(am) johanne de borchoven iudoco absoloens goessuino ouderoghe/ dyonisio boys et arnoldo vanden velde scabinis lovanien(sibus) junii v