SAL7342, Akte: R°300.2-V°300.1 (447 van 649)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°300.2-V°300.1  
Act
Datum: 1448-02-27

Transcriptie

2019-02-08 door Pieter Soetewey
Het zijn come(n) voir de(n) raide vand(er) stad jouffr(ouwe) katlijne va(n)/
berthem die wijf es jan loenijs met [e(n)nigen va(n)] horen kijndere(n) en(de) vriende(n)/
claechlijc opdoende dat hen de voirs(creven) jan die bij goids wille/
en(de) toevalle hem gecomen zijn gesichte verlore(n) heeft zee(r) onre/
delijc met hen leefde binne(n) den huyse en(de) and(er)ssins en(de) oec de/
selve sijn wijf en(de) kijnde(re) qualike versalghe van behoefte(n) bezunde(r)/
van cleede(re)n na zijne(n) en(de) hoire(n) staet also dat billijc behoire(n)/
soude na dien dat hij den selve(n) zijne(n) kijnde(re)n in hoirre/
joncheit gheen ambacht en hadde doen leere(n) tot desen seyde(n)/
zij dat de voirs(creven) jan in meyni(n)ge(n) ware va(n) zijne(n) goede(n) in aelmoesse(n)/
oft anders na sijnre gelieften te wille(n) dispone(re)n hondert hollan(dsche)/
guld(en) oft d(aer) boven tsjaers erflijc en(de) also zijn voirs(creven) kijnde(re) te/
onterven begheren(de) d(aer) op p(ro)visie alsulke als ter reden(en)/
soude moege(n) diene(n) d(aer) jege(n) de voirs(creven) jan voir oghen/
ontboden zijnde hem v(er)antwerden(de) seyde ond(er) de(n) anderen/
dat hij hoopte de voirs(creven) onredelich(eit) dieme(n) he(m) op seyde/
gheenssins bevonde(n) te worde(n) en(de) dat hij hem in sijn voirs(creven)/
wijf en(de) kynde(re) duechdelijc gequete(n) hadde na sijne(n) staet/
en(de) alse vande(n) c guld(en) voirs(creven) oft d(aer) bove(n) seyde hij/
dat hij quitende zijnre vorde(re)n en(de) zijne co(n)sciencien ende/
zielen tot sinne ware die also te in aelmoessene(n) te dispone(re)n/
dairt he(m) geliefde en(de) die te neme(n) va(n) sijne(n) v(er)cregene(n) goede(n)/
hopen(de) dat hij dat also wale doen mochte midts dat/
hij met sijne(n) wive alnoch in geheelen stoele in huwelike/
sate seggende voirt dat hij om te v(er)hueden dat nyemant/
dat te beletten redene hebben en soude ondersprac ter/
tijt als hij magdalene(n) zij(n)re dochter huwelijcte aen/
diericke va(n) langrode dat hij de voirs(creven) c guld(en) tsjaers/
erflijc tot zijne(n) wille te bekeere(n) behoude(n) woude en(de) die
//
/
worpen oft bestellen ter zelich(eit) van sijnre ziele(n) oft and(er)s/
dairt hem geliefde also hij hoopte wel te v(er)moegen/
versueken(de) ten slote de voirs(creven) jan als poirte(r) datme(n) he(m)/
jege(n) recht en(de) bescheit niet tracte(re)n en woude noch late(n)/
tractere(n) wair op de raet vand(er) stad beyde de(n) voirs(creven)/
p(ar)tien tot div(er)sen stonden guetlijc ond(er)wijs gedaen heeft/
en(de) te(n) ut(er)sten bij consente d(er) voirs(creven) p(ar)tien get(er)mineert/
en(de) ov(er)dragen op tgescille voirs(creven) dat de voirs(creven) jan loenijs/
va(n) sijne(n) v(er)cregen(en) goeden sal moegen dispone(re)n oft he(m) gelieft/
in aelmoessen(en) ter zelicheit va(n) sijnre en(de) zij(n)re vorden(en)/
sielen ter so(m)men toe van vijftich hollan(dsche) guld(en) tsjaers/
erflijc en(de) niet d(aer) bove(n) en(de) datme(n) die ter mynster scade/
op een eynde vand(en) selve(n) v(er)cregene(n) goeden afneme(n) sal/
inder weerde(n) voirs(creven) en(de) dat alle zijn ande(re) goede na/
sijne en(de) zijns wijfs doot sele(n) gaen op zijn kijnde(re) om/
hen d(aer) af gesustineert te worde(n) en(de) bij leve(n) te hebben/
en(de) d(er) selver als erfgename(n) gebruycken en(de) dat midts/
desen quite en(de) te nieute selen wesen alsulke(n) vorw(er)de(n)/
oft gelofte(n) alse de voirs(creven) dierick de(n) voirs(creven) ja(n)ne met/
wat vesticheide(n) dat dat zij gedaen mach hebben alst/
vande(n) co(n)sente vande(n) voirs(creven) c guld(en) tsjaers te sijne(n)/
wille te behouden behoudelijc in desen alle ande(re)/
vorw(er)de(n) en(de) gelofte(n) tussce(n) den voirs(creven) janne op deen/
zijde en(de) de(n) voirs(creven) diericke met zijne(n) wive in dande(re)/
gemaect en(de) gedaen het zij in tractate vande(n) voirs(creven)/
huwelike oft d(aer) na in hoirre volcomend(er) macht te/
bliven en(de) alse vande(n) voirs(creven) ande(re)n gebreke(n) d(aer) af de/
voirs(creven) weduwe hoe(re) vriende en(de) kijnde(re) hen beclaechde/
es voirt v(er)drage(n) eve(n) v(er)re de voirs(creven) p(ar)tien niet en/
v(er)lijke(n) oft en co(n)ne(n) v(er)drage(n) dat de stad altijt om/
vaste en(de) vrede tussce(n) hen tond(er)houde(n) d(aer) inne om gh..?/
dbeste sal vordere(n) behoudende midts dien d(aer) af/
hoe(re) v(er)clere(n) en(de) goetduncken act(um) in pleno (con)silio/
febr(uarii) xxvii
Nagekeken doorLieve Van Hoestenberghe , Jos Jonckheer
ModeratorLieve Van Hoestenberghe
Laatste update:: 2015-08-27 door Agata Dierick