Ite(m) de voirs(creven) jonch(e)r bauduwijn heeft geconsenteert de(n) voirs(creven) lambrechte/ jacoppe en(de) ja(n)ne die sijn borge(n) voirs(creven) bleve(n) sijn want se sijn wy(n)ne/ sijn elc van seke(re)n sijne(n) goede(n) die sijn zij van hem beide voe(r)/ coren(en) en(de) gelde te pachte houden dat zij hem yet van sijne(n)/ pachte geve(n) en sullen derve(n) voe(r) aend(er) tijt dat hij de voirs(creven)/ lijfpensen en(de) hen dair af qu gequijtt en(de) gelost sal hebben eisd(em)