Item de voirs(creven) vrouwe en(de) jan hebben geloeft den voirs(creven) ro(m)boute/ bynne(n) den voirs(creven) xiiii nachten te betalen alle dueghdelike/ costen die hij om te gecrige(n) de vors(creven) betalinge geleden heeft/ en(de) oft hij namels e(n)nighe coste(n) meer lede oft hadde o(m)me de/ voirs(creven) betalinge te vervolghen dat zij hem die oic uutreyke(n)/ en(de) betale(n) [sele(n)] ten daghe mette(n) p(ri)ncipale(n) voirs(creven) en(de) de vors(creven)/ ro(m)bout heeft geloeft hem d(aer) af voldaen zijnde dat hij da(n)/ d(er) selv(er) vrouwe(n) sal ov(er)leve(re)n alsulke(n) obligatie als zij ond(er)/ hue(re)n zegel hem gedaen heeft vand(er) so(m)me(n) vors(creven) Et p(ri)ma/ cor(am) eisd(em)