Inde(n) yersten heeft de voirs(creven) gabriel v(er)cocht de(n) voirs(creven) ja(n)ne van/ muysen(en) zijn huys hof en(de) hoeve met slote huysen hove(n) schuere/ wynnen(de) lande bempde(n) eeussele(n) bossche(n) visscherie(n) vochelrie(n)/ warande(n) conijne(n) vierdeschoeve(n) chijsen rente(n) heerlicheide(n) meyerscape(n)/ laetscape(n) en(de) alle(n) ande(re)n en(de) yegewelke(n) zijne(n) toebehoirte(n) geheten/ gemeynlijc thoff oft tgoet te buertm(er)beke gelijc en(de) in al der/ manie(re)n dat wilen gabriel tryapain des voirs(creven) gabriels vader/ op zijne(n) sterfdach te besitten plach en(de) de voirs(creven) gabriel de voirs(creven)/ goede opde(n) dach va(n) huden na zijns voirs(creven) vaders doot beseten/ heeft en(de) gelijc alsme(n) de voirs(creven) goede eensdeels te leene houdt/ van onsen gened(ichen) hee(r) de(n) hertoge va(n) braba(n)t eenssdeels va(n)/ woute(re)n va(n) ransche(n) en(de) gelijc als so(m)mege vande(n) selve(n) goeden/ erfgoede ende eyge(n) goede zijn eisd(em)