It(em) ten ernstigen v(er)volge coenrarts van elsloe na(tur)lec/ die getrouwt heeft de weduwe jans wijlen caluwart/ heeft claes van sinte goericx na(tur)lec bracht onder de stad/ op deser came(re)n drie brieve liggen(de) in een saxken die/ de voirs(creven) wijlen jan hem te v(er)waren(e) hadde gegeve(n) tot/ orbe(r) vand(er) voirs(creven) weduwe(n) was en(de) des voirs(creven) wijlen jans/ erfgenamen om elcken van dien dier brieve te moegen/ gebruycken ten goetduncken der vand(er) raide vand(er) stad daer/ mede de voirs(creven) claes hem v(er)waert wilt hebben jegen/ eene(n) yegeliken en(de) heeft de selve claes zijne(n) eedt gep(rese)nteert/ dat hij ne(m)mermeer brieve noch gescrifte(n) den voirs(creven) wijlen/ janne toebehoirende gehadt en heeft noch en heeft cor(am)/ abs(oloens) burg(imagistro) febr(uarii) t(er)tia