Cont zij allen lieden dat vanden goeden die wae(re)n jacops wilen de/ gruyte(re) tot ryemenam gelegen dair inne meester jan trabukier/ gegoet en(de) gheerft is van jouffr(ouwe) johannen uuter helicht weduwe/ des selfs wilen jacops en(de) vanden erfgename(n) des vors(creven) jacops/ Behoudelijc der vors(creven) weduwen hue(re)r tocht in deen helicht vand(en)/ selven goeden de vors(creven) weduwe en(de) meester jan samentlijc/ overcomen zijn en(de) hebben overdraghen des hier na volght/ Te weten(e) dat de vors(creven) meest(er) jan der voirs(creven) weduwen tocht/ die zij heeft aende vors(creven) goede hebben en(de) aenverden sal zonder/ der vors(creven) weduwen e(n)nich recht dair aen te hebben oft te behouden/ ende dair af sal de vors(creven) weduwe den vors(creven) meest(er) janne/ guedinge doen tot zijnen versueke ende des sal de vors(crevn) meest(er)/ jan der voirs(creven) weduwen laten volghen tvierendeel vanden/ pe(n)ninghen vanden selven geheelen goeden comen(de) op datmen/ die in al oft oft in deele vercoept Ende oft der vors(creven)/ weduwe(n) gelieft de goede van grootloe geheel te hebben dair/ af deen helicht hair toebehoert ende dand(er) helicht den/ voirs(creven) meest(er) janne Behoudelijc der weduwen hue(re)r tocht/ inde helicht vand(er) helicht des voirs(creven) meester jans zoe/ sal de vors(creven) meest(er) jan der selver weduwen in sijn/ helicht goeden en(de) erven tot hue(re)r manissen In desen/ bevorweert datmen de rechte weerde van allen den goeden/ voirs(creven) en(de) elx recht dair inne overslaen en(de) groeten/ sal ende dair na zullen zij malcande(re)n voldoen en(de)/ vernueghen het zij in pe(n)ningen oft in renten ter estimacie(n)/ goetduncken ende segghen in gevalle van discorde cor(am)/ lodewijcx uuter helicht en(de) arnold(us) kyp secret(aris) d(er) stat va(n)/ loven(en) cor(am) col(onia) meersb(er)ghe no(vembris) xx