SAL7356, Akte: R°176.1-V°176.1 (346 van 455)
Akte R°176.1-V°176.1
Act
Datum: 1463-03-03
Transcriptie
2018-09-19 door myriam bolsWij quinten cockeroul ende jan ouderogghe scepen(en) te loven(en) doen/
cont allen lieden dat de minister van sinte pauwels bynnen loven(en)/
metten momboe(re)n des selfs ter eender zijden en(de) jan borreman/
fruytenir ter ande(re) met malcande(re)n eensworden zijn vanden stote/
die zij underlinghe gehadt hebben omder hueringhe(n) vanden ramhove/
gelegen inde bakeleyne tusschen beide de leygrechten der condicien/
en(de) vorweerden hier na verclaert die zij deen den ande(re)n gelooft/
hebben te voldoene ende tachtervolghen Te weten inden yerste(n)/
dat de vors(creven) jan borreman den vors(creven) raemhoff in hueringen behoude(n)/
sal van xiii messe lestleden eenen t(er)mijn van twee jae(re)n lanc deen/
na dander zonder middel vervolgen(de) dair voir hij den vorscr(even)/
godshuyse gheven en(de) betalen sal bynnen den selven t(er)mijne seven/
en(de)vijftich ryns gul(den) te xx st(uvers) tstuc en(de) v st(uvers) eens Met vorwerd(en)/
dat de vors(creven) jan borreman aldair bynnen den vors(creven) t(er)mijne gheend(er)/
hande vruchten oft boome cleyn noch groet uut doen en sal noch/
v(er)coopen zonder consent oft bijwesen vanden vors(creven) minister/
ende van dien boomen diemen also uut doen en(de) vercopen sal en(de)/
vand(er) vrucht d(air) op wassende bynnen den selven tijde sal de vorscr(even)/
minister tghelt geheel trecken in afcorttingen der so(m)men vors(creven)/
tot dat die vol betaelt sal zijn met gaders allen costen van/
rechte en(de) ande(re) die de selve minister oft co(n)vent va(n) sinte/
pauwels aende vors(creven) goede soude mogen hebben geleeght int/
wynnen en(de) werven goederwijs ende niet meer Item es vorw(er)de/
dat de vors(creven) jan borreman den vors(creven) raemhoff den vors(creven) t(er)mijn lanc/
due(re)nde ten behoirlike tijde wel en(de) werckelic sal wynnen ende/
werven gelijc hem toebehoert en(de) oft dair inne gebrec viele/
en(de) hijs niet en dade zoe mach de vors(creven) minister van zijnd(er)/
hant dat doen doen ten coste des vors(creven) jans borremans Vort/
heeft de vors(creven) jan borreman gelooft den vors(creven) minister tusschen/
dit en(de) half meye naestcomen(de) te leve(re)n in afcorttingen der/
so(m)men voirs(creven) ten prijse van goeden mannen hen des verstaende
//
ende te meerder vesticheit den vors(creven) minister van alle den vorwerden/ vors(creven) en(de) elc bezunder te doen heeft de vors(creven) jan borreman en(de) met/ hem henric en(de) jan zijn sonen tot eenen onderpande gesedt met/ consente tshe(re)n vanden gronde eenen hoof houden(de) neghen vierdelen/ gelijc dat dien gelegen is bynnen loven(en) int dyevenstraetken/ tusschen de selve strate in deen zijde en(de) clause de kersmake(re) in/ dande(re) Van welcken onderpanden vors(creven) de vors(creven) drie p(er)sone/ gelooft hebben den vors(creven) godshuyse altoes genoech te doen/ en(de) hebben dien gewarendeert op vijf halste(re)n terwen vii cap(uynen) en(de)/ vii oude groote erflic en(de) eenen gulden(en) peter oic erf chijs/ als op allet trecht dair voir uutgaende also dat den selven/(con)vente tot eeuwegen daghen vast en(de) seker sal mogen wezen/ Item hebben de vors(creven) vader en(de) twee zone geconsenteert voir/ hen hue(re)n erven en(de) nacomelinghen oft de vors(creven) jan borrema(n)/ in e(n)nich der vorweerden vors(creven) gebreckelijk wae(re) dat de vors(creven)/ minister en(de) convent hue(r) hande als dan ter stont sullen mogen/ slaen aende vruchten vanden vors(creven) raemhove en(de) onderpande/ en(de) die zullen zij mogen vercoopen en(de) ten hoeghsten bringen/ bynnen eenen jae(re) na daenverden Dair toe de vors(creven) vader/ ende zone gelooft hebben den vors(creven) minist(er) en(de) co(n)vente hant/ ende mont te leenen inder manie(re)n oft zijt selve vercochten/ ende dair af warantscap doen opden co(m)mer voirs(creven) Om de vors(creven)/ lvii r(yns) gul(den) en(de) v st(uvers) met allen costen van rechte en(de) andere/ die zij aent vors(creven) erve zouden mogen hebben geleeght gelijck/ vors(creven) steet dair aen te verhalen Behalven dat den vors(creven)/ vader ende zone tafslaghe sal comen wes de vors(creven) minister/ oft co(n)vent ter goeder rekeni(n)ghen dair op als dan gehaven/ sal hebben en(de) zoe wes dair overschieten sal vanden voirsc(reven)/ onderpande oft and(er)s dat sal den vors(creven) twee gebruede(re)n/ volghen hoegelijc te deylen des vors(creven) jans borremans oft yemants/ anders wedersegghen d(air)inne niet tegen staende m(ar)cii iii
//
ende te meerder vesticheit den vors(creven) minister van alle den vorwerden/ vors(creven) en(de) elc bezunder te doen heeft de vors(creven) jan borreman en(de) met/ hem henric en(de) jan zijn sonen tot eenen onderpande gesedt met/ consente tshe(re)n vanden gronde eenen hoof houden(de) neghen vierdelen/ gelijc dat dien gelegen is bynnen loven(en) int dyevenstraetken/ tusschen de selve strate in deen zijde en(de) clause de kersmake(re) in/ dande(re) Van welcken onderpanden vors(creven) de vors(creven) drie p(er)sone/ gelooft hebben den vors(creven) godshuyse altoes genoech te doen/ en(de) hebben dien gewarendeert op vijf halste(re)n terwen vii cap(uynen) en(de)/ vii oude groote erflic en(de) eenen gulden(en) peter oic erf chijs/ als op allet trecht dair voir uutgaende also dat den selven/(con)vente tot eeuwegen daghen vast en(de) seker sal mogen wezen/ Item hebben de vors(creven) vader en(de) twee zone geconsenteert voir/ hen hue(re)n erven en(de) nacomelinghen oft de vors(creven) jan borrema(n)/ in e(n)nich der vorweerden vors(creven) gebreckelijk wae(re) dat de vors(creven)/ minister en(de) convent hue(r) hande als dan ter stont sullen mogen/ slaen aende vruchten vanden vors(creven) raemhove en(de) onderpande/ en(de) die zullen zij mogen vercoopen en(de) ten hoeghsten bringen/ bynnen eenen jae(re) na daenverden Dair toe de vors(creven) vader/ ende zone gelooft hebben den vors(creven) minist(er) en(de) co(n)vente hant/ ende mont te leenen inder manie(re)n oft zijt selve vercochten/ ende dair af warantscap doen opden co(m)mer voirs(creven) Om de vors(creven)/ lvii r(yns) gul(den) en(de) v st(uvers) met allen costen van rechte en(de) andere/ die zij aent vors(creven) erve zouden mogen hebben geleeght gelijck/ vors(creven) steet dair aen te verhalen Behalven dat den vors(creven)/ vader ende zone tafslaghe sal comen wes de vors(creven) minister/ oft co(n)vent ter goeder rekeni(n)ghen dair op als dan gehaven/ sal hebben en(de) zoe wes dair overschieten sal vanden voirsc(reven)/ onderpande oft and(er)s dat sal den vors(creven) twee gebruede(re)n/ volghen hoegelijc te deylen des vors(creven) jans borremans oft yemants/ anders wedersegghen d(air)inne niet tegen staende m(ar)cii iii
Nagekeken door: Mi-Je Van Gils
Moderator: Mi-Je Van Gils
Laatste update:: 2016-04-26 door Jos Jonckheer