SAL7356, Akte: V°201.2-R°202.1 (388 van 455)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte V°201.2-R°202.1  
Act
Datum: 1463-03-31

Transcriptie

2018-09-11 door myriam bols
Vanden gedinghe dat gheweest is inde banc voir meye(r) en(de) scepen(en)/
van loven(en) tusschen mychiele van breetzijp als geleit tot allen/
den goeden have en(de) erve gielijs van let voir een so(m)me va(n) x/
pet(er)s eens in deen zijde en(de) henricke van schoenenberghe gelaesmake(r)/
zwager des vors(creven) gielis in dande(re) Dair de vors(creven) mychiel seide/
dat lodewijc wilen van let naest i na staet der heyliger kercken getruwet/
hadde eend(er) geheten m(ar)grieten wilen coecbeckers en(de) dat zij tsame(n)/
hadden drie kynde(re) in gheheelen stoele te weten den vors(creven) gielise lode/
wike en(de) katlijnen die wettich wijf es des vors(creven) henricx de welcke wilen/
gehuyssche tsamen besaten zeke(re) erflike goede te weten huys en(de) hof mett(er)/
toebehoerten gelegen inde hoolstrate dair af de questie is tusschen den/
goeden henrix wellens en(de) machtelt wellens dair uut de vors(creven) wilen/
lodewijc gestorven was als uut sijnen prope(re)n erve en(de) de vors(creven) m(ar)gr(iete)/
bleef inne sitten(de) als een tochtersse en(de) d(air) vorts uut sterf als uut/
hue(re)r tocht Dede vort seggen de vors(creven) mychiel dat de vors(creven) gielis/
geleeft heeft nade de doot van zijnen vad(er) en(de) moed(er) vors(creven) hoopen(de)/
wair hij welcke pointen vors(creven) de hij p(rese)nteerde te thoenen en(de) metten my(n)ste(n)/
(et)c(etera) hopen(de) wair hij die gethoenen conste dat hem en(de) zijnen beleide tskyns/
gedeelte des vors(creven) gielis volgen soude p(rese)nterende tot zijnen scepen(en)/
brieven ofts hem behoefde zijnen eedt hoe vele hem de vors(creven) gielis/
vanden vors(creven) x peters van goed(er) en(de) dueghdeliker schout al noch/
sculdich en(de) belanc wae(re) Dair op de vors(creven) henric hem verantwerden(de)/
kynnen(de) dat zijn wijf vors(creven) wettich dochter was des vors(creven) wilen lod(ewijc) en(de)/
m(ar)gr(iete) sijns wijfs seggen(de) [mair hoopte] dat hij ny(m)mermeer thoenen en soude dat/
de vors(creven) gielis livich en(de) leven(de) is geweest na zijnd(er) vors(creven) moed(er)/
wair opde vors(creven) mychiel met vo(n)nisse gewijst was tot sijnen/
bethoene Ende ten daghe van thoenen dair toe gestelt thoende de/
voirss(creven) mychiel met clause gheens geheten stas dat hij den vorscr(even)/
gielise gesien heeft livich en(de) levende des tsint jansmesse/
lestleden was een jair en(de) met vrancken meys dat hijten oic/
gesien hadde des nu was te vastenavonde ii jair Item met pete(re)n
//
van maerbeke den jonge dat hijten sach te tustane omtrent viii dage oft xiiii/
nacht na sint jansmesse lestleden Item met janne va(n) voshem dat hijten/
sach te monteflesscoen? des te paesschen ii jair sijn sal Thoende vort/
met vii wettighe manne(n) dat de vors(creven) lod(ewijc) over xiii jair en(de) de/
vors(creven) m(ar)gr(iete) zijn wijf des sinte mertensmesse lestleden was twe jair/
oft dair omtrent van live t(er) doot quam Item hij thoende metten/
p(ro)chiaen van sinte mych(iels) te lov(en) dat de vors(creven) m(ar)gr(iete) aflivich is geweest va(n)/
des sinte m(er)tensmesse was ii jair Item thoende vort met vi wettighe/
p(er)sone dat de vors(creven) lod(ewijc) gestorve(n) is [uuten vors(creven) goeden] als uut zijne(n) wettigen erve/
en(de) dat de vors(creven) m(ar)gr(iete) zijn wijf dat bleef besitten(en) als een tochtersse en(de)/
d(air) uut sterff als uut(er) huer(er) tocht en(de) dat de vors(creven) henric de vors(creven) ka(tlij)[ne]/
des vors(creven) wilen lod(ewijc) dochter vors(creven) getruwet heeft na staet d(er) heylig(er)/
kercken Was gewijst bij vo(n)nissen d(er) scepen(en) van loven(en) ter manissen/
smeyers na aensp(ra)ke verantwerden van beide de(n) vors(creven) p(ar)tien en(de) thoenesse/
des vors(creven) mych(iel) dat de vors(creven) mychiel op zijn p(rese)ntacie vors(creven) met/
zijnen scepen(en) br(ieven) op tskinsgedeelte des vors(creven) gielis v(er)halen sal sijn/
wettich gebrec p(rese)ntib(us) lyemi(n)ge(n) witte roel(ofs) ouder(ogghe) m(ar)cii ultima
Nagekeken doorMi-Je Van Gils
ModeratorMi-Je Van Gils
Laatste update:: 2016-04-26 door Jos Jonckheer