SAL7360, Akte: R°207.1-V°207.1 (452 van 660)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°207.1-V°207.1  
Act
Datum: 1467-03-12

Transcriptie

2019-07-03 door myriam bols
It(em) henr(ic) kympe wettich sone meeus kympe woenen(de) op thof vand(er)/
saert inde p(ro)chie van ned(er)yssche in p(rese)ncia heeft genome(n) en(de) bekint/
dat hij genome(n) heeft van gorde roelofs voir deen helicht lod(ewijck)/
roelofs huge(n) zijne(n) sone en(de) jouffr(ouwe) ka(tli)[ne(n)] zijnre docht(er) voir dand(er)/
helicht thof vand(er) saert voirs(creven) mette(n) [huysen] lande(n) driessche(n) heyde(n) ende/
andere(n) toebehoirte(n) in alle d(er) mate(n) en(de) also v(er)re alst de voirs(creven)/
henric nu dair onder zijn ploech t(er) helicht houden(de) is Te houde(n)/
te hebbe(n) va(n) halfm(er)te naestcomen(de) eene(n) t(er)mijn va(n) xii jare(n) deen/
na dander sond(er) middel volgende elcx jaers darenbi(n)ne(n) om/
en(de) voe(r) lxxii mudde(n) rocx goet en(de) payabel d(er) mate(n) va(n) loeven(en)/
met wa(n)ne en(de) met vedere(n) wel bereyt alle ja(r)e ts(in)te andries(miss)[e]/
ap(oste)ls te betalen en(de) te leveren deen helicht d(air) af te(n) huyse/
des voirs(creven) gorts en(de) dand(er) helicht te(n) huyse des voirs(creven) lod(ewijcx) en(de)/
zij(n)re kijnde(re) oft elde(r) dairt hen gelieven sal q(uo)l(ibet) ass(ecutum) It(em) is/
vorwerde dat de voirs(creven) wy(n)ne gheene va(n) zijnen beesten en/
sal moege(n) late(n) gaen opde bossche(n) d(er) voirs(creven) zij(n)re meeste(re)n/
voir dat de houwe vier ja(r)e al uut oudt sele(n) wese(n) It(em)/
wa(n)neer de voirs(creven) meest(er)s e(n)nige(n) bosch v(er)coepe(n) sele(n) oft houwe(n)/
e(n)nige vande(n) houwe(n) die zij op hue(r) bossche geleecht hebben/
dan sal de voirs(creven) wynne hebben van elken houw een half dach(mael)/
voir zijn berringe vande(n) archste(n) noch vanden besten It(em) sal/
de voirs(creven) wynne tsij(n)re berringe(n) behoef moege(n) houwen alle haghe(n)/
ende breeme(n) en(de) oec thout staende opde heyde de(n) voirs(creven) goede(n)/
toebehoiren(de) It(em) alse de voirs(creven) meesters hue(r) wij(n)g(ar)tstake(n) vande(n)/
willege(n) aldair doen make(n) dan sal de voirs(creven) wynne die/
staken op hue(r) wij(n)g(ar)de te loeven(en) levere(n) en(de) hebbe(n) de thuynstake(n)/
en(de) tsleene(n) datme(n) d(air) uut slaen sal It(em) sal de voirs(creven) wynne/
leve(re)n jaerlijcx alle tstroe dat behoere(n) sal op de huysinge/
met stroe gedect de(n) voirs(creven) goede(n) toebehoirende ende alsme(n)/
dair dect oft plect [oft va(n) ande(re) wercke werct] soe sal de wynne den werckliede(n) den/
montcost gheve(n) ende de voirs(creven) meeste(re)n selen de dachueren/
betalen It(em) sal de voirs(creven) wynne allet stroo vande(n) voirs(creven) goede(n)
//
comende jaerlijcx de(n) voirs(creven) t(er)mijn dueren(de) met zijne(n) beeste(n) ette(n)/
te meste maken en(de) dat mest op tvoirs(creven) lant vuere(n) tslants meeste(n)/
p(ro)ffite alsoe wel te(n) versten als ten naesten It(em) waert dat int/
voirs(creven) hoff e(n)nige schade geschiede die toequame bij ocsuyne des voirs(creven)/
wynnen die schade soude hij zijne(n) meeste(re)n oprichte(n) en(de) insgelijcx/
oft de(n) voirs(creven) wynne schade gesciede toecomen(de) van wege(n) eniger der/
meesteren voirs(creven) dair af salme(n) he(m) restitucie doen ter taxacie(n) va(n)/
goede(n) mannen hen des verstaende It(em) sal de wynne tsij alle/
jare zijne(n) voirs(creven) t(er)mijn dueren(de) m(er)ghele(n) wel en(de) loflijc op zijne(n)/
cost vier boende(re)n lants vande(n) lande voirs(creven) en(de) hij sal die late(n)/
tsijne(n) afsceiden te wete(n) vii boende(r) met tarwen besayt x boend(er)/
rocx besayt de storte eens o(m)me gedaen en(de) die brake iiii boend(er)/
om gedaen It(em) allet ooft op de voirs(creven) goede wassen(de) sele(n) p(ar)tie(n) half/
en(de) half deylen de meest(er)s sele(n) de lesers stellen en(de) dat ter eerde(n)/
zijnde sal de wynne de(n) voirs(creven) meest(er)s hue(r) helicht op zijne(n) cost/
te loeven(en) leve(re)n en(de) hij sal hen den montcost gheve(n) en(de) de meest(er)s/
sele(n) de dachuere(n) betale(n) It(em) de voirs(creven) gord heeft de(n) voirs(creven) wy(n)ne/
jaerlijcx toegeseecht ii elle(n) lakens tot zijnre levereye(n) behoef It(em) ofter/
e(n)nige schade gesciede va(n) ta(m)peeste oft gemeyne(n) orloge dair [af] sele(n)/
zij malcande(re)n doen gelijc me(n) bove(n) en(de) benede(n) doen sal En(de)/
alle dese vorw(er)de(n) nausnyde(re) vync m(ar)cii xii
Nagekeken doorMi-Je Van Gils
ModeratorMi-Je Van Gils
Laatste update:: 2016-06-15 door Xavier Delacourt