SAL7361, Akte: R°91.1-V°91.1 (205 van 501)
Akte R°91.1-V°91.1
Act
Datum: 1467-11-20
Transcriptie
2019-07-29 door myriam bolsNa dien dat alrehande diverse vo(n)nissen ende terminacie(n) gelope(n) zijn/
geweest tusschen jannen van wynxele in deen zijde ende meester/
augustine van nethen(en) als p(ro)cur(eur) ende voirganghe(r) jouffr(ouwe) vrindelijnen/
van nethen(en) wed(uwe) ottens wijle(n) van hoochstraten [in dand(ere)] als vanden coope/
van seke(re)n chijsen ende renten wijlen toebehoiren(de) hee(re)n woute(re)n vand(en)/
royele riddere hue(re)n brueder gelegen bynne(n) den dorpe(n) bevekem ende/
doerne Dair af de voirs(creven) jan van winxele begheerde ende versochte/
guedinge ende vesticheit te hebbene daer toe hij niet en conde gecome(n)/
wat vervolge hij daer o(m)me totten daghe toe van heden hadde/
gedaen hoe wel nochtans dat hij eensdeels de pe(n)ninge vanden/
voirs(creven) coope hadde betaelt ende eensdeels p(rese)nteerde af te corten(e) van/
seke(re)n verschenen(en) renten beyde aen hem selve(n) ende he(re)n jacope uuyten/
lyemi(n)gen ridde(r) ende voirt tsurplus te stelle(n) opden wissel vand(er)/
stadt hopende dair mede te gestane Daer tegen de voirs(creven) meester/
augustijn hem verantwerdde seggen(de) dat de voirs(creven) jan met zijne(n) v(er)sueke/
ende bezundert vander hachte(n) daer hij inne was van wegen desselfs/
jans costeloes ontslegen soude worden ende verdoelt wa(r)e gemerct/
dat de voirs(creven) jan van winxele der terminacie(n) niet genoech en wa(r)e/
geweest want hij de pe(n)ninghe vanden surplusse opden wissel niet/
gestelt en hadde nae uuytwise(n) vander selver t(er)minacie(n) ende tot dien/
seyde de voirs(creven) meester augustijn dat hij sculdich wa(r)e te hebbene/
voir al quijtancie vande(n) pe(n)ninge(n) die hij seyde v(er)legt en(de) betaelt/
te hebbene aenden voirs(creven) he(re)n jacoppe ende oic vande(n) sesse ja(r)en/
aen hem selve(n) uuytstaende ende dat hij daer af oic sculdich wa(r)e/
voir al zijne(n) eedt te doene dat hij vande(n) voirs(creven) sesse jairen/
alnoch in gebreke wa(r)e en(de) wes hij d(air)op ontfange(n) hadde dwelck hij/
een nochte gheen gedaen en hadde mids de(n) welke(n) de voirs(creven) meest(er)/
augustijn hoepte beyde vand(en) voirs(creven) hachte(n) costeloes nae recht/
ontslege(n) te werde(n) ende de guedingen te moete(n) doen zijn/
ongehouden Soe heeft den raet vand(er) stadt reden(en) en(de) allegacie/
van beyden p(ar)tien aengehoirt uuytgesproke(n) ende get(er)mineert voe(r)/
recht dat de voirs(creven) meester augustijn ende jouffr(ouwe) vrindelijne/
voirs(creven) gehoude(n) zullen sijn de voirs(creven) guedinge te doen de(n) voirscr(even)/
jannen van winxele ende te vervane janne va(n) hoochstrate(n) hue(re)n/
wettigen sone nu afsent zijnde Behoudelijck in dien dat de voirs(creven)
//
jan van winxele tsurplus vande(n) voirs(creven) pe(n)ni(n)gen stelle(n) ende sette(n) sal opde(n)/ wissel voirs(creven) ende doen hebben quijtan(cie) de(n) voirs(creven) meester augustine/ vand(en) voirs(creven) he(re)n jacope vanden pe(n)ni(n)gen ae(n) hem betaelt ende/ desgelix oic vanden pe(n)ningen vanden sesse ja(r)en aen hem selven/ uuytstaen(de) Ende soe verre de voirs(creven) jan va(n) winxele bij eede he(m)/ selve(n) cleert wes hij opde sesse ja(r)en ontfange(n) ende gehave(n) hadde/ dat hem dat te bate(n) aende betalinge vand(en) voirs(creven) coope(n) come(n) soude/ welc hij ter stont grootste bij zijnder eedt dat die gedroge(n) tot/ xiiii mudden corens ende iiii r(inse) guld(en) op tvoirs(creven) verloop van/ sesse ja(r)en gehave(n) te hebbene sonder meer met welke(n) eede/ hij gestont Act(um) in pleno (con)silio novembr(is) xx
//
jan van winxele tsurplus vande(n) voirs(creven) pe(n)ni(n)gen stelle(n) ende sette(n) sal opde(n)/ wissel voirs(creven) ende doen hebben quijtan(cie) de(n) voirs(creven) meester augustine/ vand(en) voirs(creven) he(re)n jacope vanden pe(n)ni(n)gen ae(n) hem betaelt ende/ desgelix oic vanden pe(n)ningen vanden sesse ja(r)en aen hem selven/ uuytstaen(de) Ende soe verre de voirs(creven) jan va(n) winxele bij eede he(m)/ selve(n) cleert wes hij opde sesse ja(r)en ontfange(n) ende gehave(n) hadde/ dat hem dat te bate(n) aende betalinge vand(en) voirs(creven) coope(n) come(n) soude/ welc hij ter stont grootste bij zijnder eedt dat die gedroge(n) tot/ xiiii mudden corens ende iiii r(inse) guld(en) op tvoirs(creven) verloop van/ sesse ja(r)en gehave(n) te hebbene sonder meer met welke(n) eede/ hij gestont Act(um) in pleno (con)silio novembr(is) xx
Nagekeken door: Mi-Je Van Gils
Moderator: Mi-Je Van Gils
Laatste update:: 2016-07-05 door Jos Jonckheer