SAL7368, Akte: V°209.2-V°211.1 (448 van 735)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte V°209.2-V°211.1  
Act
Datum: 1475-02-23

Transcriptie

2022-11-25 door helga peeters
Nae dien dat op in rechte comen sijn inde banc voir meye(r) en(de)/
scepen(en) van loven(e) symon van wersbeke als aenlegge(r) in deen/
zijde en(de) bartelmeeus van herbaix verweerde(r) in dande(re) heeft/
deselve symon doen opdoen hoe dat [hij ten versuek(en)] des vors(creven) bartelmeeus/
corts voir kersmisse lestlede(n) ende ter sijne(n) versueke bide(n) meye(r)/
van loven(e) in hachten gesedt es geweest voir eene(n) banduyn/
die de selve meye(r) seide dat de vors(creven) symoen anderwijlen/
gelooft soude hebben voir de scepen(en) van der he(re)n van sinte/
lambrechts te luydic in hue(re)n hove te nordrengues uut/
ocsuyne van eenre geluften van thien mudde(n) rogs drie/
mudde(n) tarwe(n) en(de) xiii mudde(n) haverneels welken banduyn/
gedroech ter so(m)men vand(en) derdendeele der vors(creven) geheeld(er) gelofte(n)/
en(de) die hij mits den gebreke van betaling(en) der vors(creven) scult/
hadde late(n) overgaen en(de) verstrijken dair huer soe verre/
geprocedeert was biden vors(creven) meye(r) en(de) symoene alhier/
inder banc dat de selve symoen nade p(ar)tijscap gewijst was/
den vors(creven) banduyn int geheel te cuelen al waert soe en(de)/
bove(n) dien dat de selve bartelmeeus tande(re)n tiden en(de) voir
//
den overgeven(e) alhier te loeven(e) aende(n) vors(creven) meye(r) den selven/
banduyn op sinter claes dach voir den vors(creven) kersmisse lestled(en)/
voir den meye(r) en(de) scepen(en) vand(en) vors(creven) hove van nordrengues/
dair de selve bertelmeeus sel nochtan selve meye(r) was/
overgeg(ev)en hadde opden vors(creven) symoene niet wederstaen(de) oec/
dat hij bete bertelmeeus vors(creven) dien banduyn overgevende/
selve hee(re) en(de) p(ar)tie was en(de) dat navolgen(de) dien de selve/
bertelmeeus d(air) na come(n) was aende(n) meye(r) van jandrain/
dair onder de vors(creven) symoen woenachtich was versueken(de)/
den selve(n) symoene met sijne(n) goeden bedwongen te hebben/
dinhoud vand(en) vors(creven) gelofte(n) vand(en) x mudde(n) rogs drie/
mudde(n) tarwe(n) en(de) xiii mudde(n) hav(er)l hav(er)neels d(air)af de/
t(er)mijne(n) verstreken en(de) overlede(n) wa(r)en uutgereyct en(de) betailt/
te hebbe(n) en(de) desgelix tderdel vand(en) vors(creven) banduyne ende/
dat te dier tijt de vors(creven) meye(r) van jandrain den vorscr(even)/
bartelmeeuse vraeghde openbairlic oft hij trecht eysschte/
oft begheerde op des vors(creven) symoens lijf oft op sijn goede/
en(de) dat doen de selve bartelmeeus antweerde kyesende en(de)/
bege(re)nde trecht te hebben op des vos vors(creven) symoens goede/
en(de) niet op sijn lijf welken navolgen(de) en(de) mits den v(er)suek/
vors(creven) de vors(creven) meye(r) van jandrain ter stont gestelt hadde/
in rastem(en)te alle des vors(creven) symoens goide leggen(de) dair inne/
zijn dieners voir tvoldoen vand(en) vors(creven) banduyne en(de) voir/
de vors(creven) p(ri)ncipael scult tot dat die verborcht wardden/
bij den vors(creven) symoene en(de) robbeerde sijne(n) brued(er) d(air) mede/
dat de vors(creven) meye(r) te vrede(n) was alsoe dat de vors(creven) meye(r)/
van jandrain maende d(air) na den geswo(r)enen wes hij met/
des vors(creven) symoens goede(n) sculdich was te doene om d(air) af de
//
de voirscr(even) sculden en(de) banduyn betailt te wordde(n) die alsdan wesen/
voir recht datme(n) den vors(creven) symoene sculdich was dach te doene/
om binne(n) derde(n) daige d(air)na sijn goede te moeg(en) v(er)antweerde(n)/
en(de) dat den yerste(n) [dien] dach d(air)af diende [des tweesten] svrijdachs voir kersmisse/
lestlede(n) den ande(re)n [en(de)] mits dat hij dan niet en comp(areren) wil [des] sondaichs/
d(air) na te wete(n) tsondaichs voir kersmisse datme(n) hem wed(er) dach/
besceide(n) soude binne(n) derde(n) daige d(air)na als op sijne(n) derde(n) dach/
op welken derde(n) dach dienen(de) des sondaichs voir kersmisse zij/
verstonden dat de vors(creven) symon te loven(e) in hachte(n) was ende/
hadde(n) alsoe gewijst dat de vors(creven) meye(r) van jandrain de goede/
svors(creven) symoens te binne(n) sijn soude e(m)mer tot d(er)re tijt toe dat/
get(er)mineert soude sijn bider stat van loven(e) wesmen inder saken/
sculdich soude sijn te doene seggen(de) voort dat de vorscr(even)/
meye(r) navolgen(de) desen gestelt hadde inder schue(re)n des vors(creven)/
symoens voir tvoldoen vand(en) vors(creven) banduyne en(de) p(ri)ncipaeld(er)/
scult twee dersschers die d(air) gedorsschen hadden ii daige oft/
dair omtri(n)t om den vors(creven) bartelmeeuse te betalen van zijne(n)/
vors(creven) eyssche en(de) dat den banduyn overgege(ve)n was eer ennich/
vo(n)nis vand(en) vors(creven) wethoude(re)n d(air)op geweesen was seggen(de)/
ten slote dat de vors(creven) symoen na dovergeve(n) vand(en) vorscr(even)/
banduyne noit vluchtich noit absent en es geweest noch/
hem geabsenteert en heeft gehad vand(en) vors(creven) plaets(en) mair/
aldair te loven(e) en(de) elswair altijt verkeert en(de) tot d(er)re tijt/
toe dat hij vand(en) vors(creven) meye(r) van loven(e) ten aenbring(en) en(de)/
versuek des vors(creven) bartelmeeus ald(air) aengetast wart d(air) hij/
alnoch sade conclude(re)nde en(de) zijn sak sluiten(de) hopen(de) dat /
de vors(creven) bartelmeeus hem sculdich soude sijn te restitue(re)n/
opte legg(en) en(de) te betalen den vors(creven) banduyn die hij met
//
onrechte alsoe hij hoopte te(n) aenbring(en) als hadde moten/
betalen en(de) coste(n) co(m)me(re)n schade(n) en(de) laste(n) die hij d(air) o(m)me/
geleden hadde en(de) alnoch soude moeg(en) lijden te voird(er) want/
hij alle pointe(n) in feyte geleg(en) boot te thoene(n) zoe v(er)re hem/
die ten ond(er)stande van sijne(n) rechte soude(n) moig(en) diene(n)/
dair tegen de vors(creven) bartelmeeus hem v(er)antweerden(de) dede/
seggen datme(n) ne(m)mermeer bevi(n)den en soude dat de handelinge oft tgeen des de vors(creven) symoen bijgeleecht hadde alsulc wa(r)e/
en(de) besundert dat hij int overgeve(n) vand(en) banduyne ter/
plaets(en) van nordreng(nes) jandrain oft elswair yets yet gevord(er)t/
hadde beide opde goede oft p(er)soen des vors(creven) symoens d(air)mede/
dat hij v(er)achtert soude zijn geweest voird(er) dan hem navolgen(de)/
zijnd(er) geluften na recht georloft was en(de) hadde de vors(creven)/
meye(r) van loven(e) e(n)nig(en) banduyn op hem gewonne(n) dat/
en stont in sijne(n) wech niet met meer woirde(n) die hij in/
rechte dede segg(en) luttel dienen(de) ter justifica(ci)[en] van zijnd(er)/
saken conclud(ere)nde alsoe dat de vors(creven) symoen op hem v(er)doolt/
wa(r)e e(n)nige restitucie te suek(en) van banduyne(n) coste(n) oft/
laste(n) vors(creven) hem des getroesten(de) totte(n) rechte alsoe dat/
de vors(creven) symoen gewijst was tot sijne(n) thoene dair inne/
hij genoech zijns v(er)mets volqua(m) Es gewijst bijden/
he(re)n scep(enen) van loven(e) t(er) maniss(en) smeyers dat de vorscr(even)/
bartelmeeus gehoude(n) soude sijn den vors(creven) symoene restitucie/
te doene vand(en) vors(creven) banduyne en(de) den coste(n) van rechte/
die de selve symoen gehadt hade heeft uut des selfs/
b(ar)telmeeus aenbringen(e) totten daige [toe] vand(en) vo(n)nisse ende
//
heeft hij d(air)entinden e(n)nich gebrec van banduyne oft sculde(n)/
dat hij die volgen mach ter plaetsen dair hij begonne(n)/
heeft act(um) cor(am) scabinis in scampno febr(uarii) xxiii
Nagekeken doorJos Jonckheer
ModeratorJos Jonckheer
Laatste update:: 2016-10-11 door Jos Jonckheer