Want arnoldus van kets als procur(eur) jouffr(ouwen) heylwige(n) vander/ valpoirte(n) geleyt zijnde nae des(er) stat recht voer zijn wettich gebreck/ tot allen den goeden beyde have en(de) erve willems va(n) dyeve(n)/ symoens va(n) wesenbeke en(de) mathijs va(n) kelfs soe wair die geleg(en)/ / zijn hem oft pauwele bierma(n) der stat bode in zijne(n) name/ alle de selve goede heeft doen lever(e)n [met br(ieven) gescr(even) aend(en) drossete va(n) rotsel(air)] en(de) dach va(n) rechte/ doen beteeken(en) den voirs(creven) p(er)sone(n) oft zij tegen de leveringe/ yet hadden wille(n) allige(re)n tot welken dage op hed(en) dienen(de)/ als ten v(er)streken(en) daghe nyema(n)t gecompareert en is den/ voirscr(even) procur(eur) trecht voirt versueken(de) soe v(er)re dat de scep(enen)/ va(n) loven(e) t(er) manissen smeyers gewese(n) hebbe(n) voir een vo(n)nisse/ nae dat hen behoirlijck heeft gebleken bij rappoirte des/ voirscr(even) pauwels bierma(n) de voirscr(even) leveringe ende dach/ bescheydinge geschiet te zijne datme(n) den voirs(creven) geleyde(n)/ van de voirscr(even) goeden houden soude inde macht va(n) zijnen/ beleyde scepen(en) brieve(n) en(de) leveringe(n) alsoe v(er)re alst noch voir/ scepen(en) come(n) is in scampno cor(am) scabinis januarii xxii