SAL7381, Akte: R°129.2-R°130.1 (292 van 883)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°129.2-R°130.1  
Act
Datum: 1487-10-19

Transcriptie

2023-01-26 door Greet Foblets
Nae dien dat op heden come(n) sijn bijde(n) raide vand(er) stadt/
meest(er) jan steenwynckele deken ind(er) kercken van sint jacops/
opde biest t(er) eende(r) en(de) stas rabs als man en(de) mo(m)boir katlijne(n)/
loenijs sijnd(er) weerdynne(n) t(er) and(er) sijden Ald(air) de selve meest(er) jan/
te kynne(n) gaff hoe dat tande(re)n tijden te weten(e) opde(n) xxii[te(n)]/
dach van septe(m)bri a(n)no lxxxvi seke(re) t(er)mi(n)acien wa(r)en geg(even)/
vande(n) goede(n) bij he(m) tande(re)n tijden gecocht tege(n) he(re)n ja(n)ne van/
lye(r) en(de) der selv(er) katlijne(n) dair hijs hem toegedroech Seggen(de)/
voirt hoe dat hij en(de) de voirs(creven) stas mits d(er) selv(er) saken genoech/
in questien gestaen hadde voir den rectoir alh(ier) ind(er) stat van/
loven(e) om de voldoeni(n)ge vand(er) coma(n)scap d(er) selv(er) goeden/
te weten(e) van eene(n) hove gelege(n) te berthe(m) geheete(n) thoff te/
wate(re) met sijne(n) toebehoirte(n) En(de) dat de voirs(creven) rectoir/
nae seke(re) altricatien van p(ar)tien v(er)staen(de) genoech dat d(air)op seke(re)/
t(er)mi(n)acien en(de) appointeme(n)te alh(ier) bijden raide wa(r)en gegeve(n)/
Soe hadde de selve m(ijn) hee(re) de rectoir de voirs(creven) sake ende/
p(ar)tien ger(e)mitteert totte(n) gerichte van des(er) stat om ald(air) be/
hoirlijcke executie te v(er)sueken(e) vand(er) selv(er) t(er)mi(n)acien ende/
appointeme(n)te voirs(creven) Bege(re)nde alsoe de selve h(er) jan wa(n)t/
hij alnoch van gheen vande(n) pointe(n) ind(er) selv(er) t(er)mi(n)acien/
begrepe(n) in dien voldaen en was den selve(n) stasse dair/
toe bedwonge(n) te hebben om de selve bij hem ende/
sijnd(er) huysvr(ouwen) voldaen te wordde(n) En(de) besund(er)t dat hij/
hem stellen soude de geheel goede gelege(n) te berthem/
en(de) te broecke bij ov(er)ijssche tot eene(n) wettige(n) ond(er)pande/
nae indhoudt d(er) selv(er) t(er)mi(n)acien En(de) oic dat hij de/
selve gecochte goede lossen soude va(n) alsulken twee/
en(de) twintich gouden rinssche gulden(en) als de weduwe/
van dyeve(n) hebben mach opde selve sijn gecochte/
goede D(air)aff hem mair gewara(n)deert oft geseecht en/
was ten tijde vanden v(er)coope dan van viii ge/
lijcker gulden(en) en(de) alle erflijcke rinte(n) metgaders/
oic den ande(re)n pointe(n) ind(er) selv(er) t(er)mi(n)acien begrepen/
Dair tegen de voirs(creven) stas sustin(eer)de en(de) besundert
//
op dierste aengaen(de) sijne(n) goeden gelegen te broecke want die/
leen wa(r)en dat de voirs(creven) t(er)mi(n)acie soe hij hoopte d(air)op niet/
slaen en soude Oic soude tselve sijn in groote(n) laste op/
dat hij dat doen moste mits den heergeweden en(de) ande(re)n/
rechte(n) die dair op souden gaen hopen(de) te gestane mette(n)/
chijsgoede(n) ald(air) gelege(n) En(de) als vande(n) xxii corvorstgulden(en)/
af te doen(e) en(de) de voirs(creven) gecochte goede(n) d(air) aff te lossen(e)/
seyde de selve stas hoe dat die oic stonden en(de) v(er)pant/
wa(r)en op sijn goede tot kerckem gelege(n) en(de) oic vanden/
besitters van dien goede(n) betailt geweest al mochte(n) de/
goede desselfs meest(er) jans oic d(air)mede v(er)oblig(eer)t sijn/
p(rese)nte(re)nde hem om deswille dat hij hem soude moege(n)/
beduchte(n) voir toecomen(de) lasten d(er) selv(er) rinte(n) op sijn goede/
van berthe(m) voirs(creven) te stellen(e) en(de) behoirlijck te v(er)oblige(re)n/
de bet(er)nisse bove(n) alle co(m)me(r) en(de) last vanden selve(n) goeden/
van kerckem en(de) oic ande(re) goede die hij hadde ombelast/
om tgenoech doen van dien en(de) oic voir tvoldoen vanden/
ande(re) pointe(n) ind(er) selv(er) t(er)mi(n)acien begrepen hopen(de) d(air)mede/
te gestane den voirs(creven) meest(er) ja(n)ne altijt bliven(de) bij sijn/
voirscr(even) t(er)mi(n)acie d(air)op seggen(de) in manie(re)n van replijken/
en(de) besund(er)t op dierste bij sijn voirscr(even) p(ar)tie geseecht dat/
hij sculd(ich) soude sijn als vo(r)e alle de goede alle de goede/
van broecke en(de) berthe(m) te stellen als vo(r)e alsoe wel/
deen als dande(r) want vorweerde was ten tijde vand(er)/
coma(n)scap en(de) oic genoech blijct bijd(er) voirs(creven) t(er)mi(n)acien/
En(de) als vanden ande(re)n pointe(n) v(er)socht de selve die/
voldaen te wordden(e) ind(er) mate(n) als bove(n) met meer/
woirde(n) in wed(er)sijden geallig(eer)t dienen(de) anderssins in rechte/
dan ten effecte voirs(creven) Es geappointeert en(de) uutgesproken/
den voirs(creven) p(ar)tien bliven(de) bijde voirs(creven) vorste t(er)mi(n)acie dat/
tverstant en(de) de meyni(n)ge d(er) selv(er) es en(de) genoech bevi(n)den/
uut(er) selv(er) t(er)mi(n)acien dat de voirs(creven) stas en(de) sijn huysvr(ouwe)/
sullen moete(n) stellen alsoe wel de leengoede als/
de ande(re) goede chijsgoede en(de) rinte(n) gelege(n) ten broecke/
en(de) te berthe(m) alsoe dat den selve(n) meest(er) ja(n)ne genoech/
sij En(de) als vand(er) lossinge(n) d(er) voirs(creven) xxii gulden(en) es de/
beg(eer)te geweest d(er) voirs(creven) wethoude(re)n dat de voirs(creven)/
meest(er) jan op dat hem beliefde en(de) hem genoech wa(r)e/
mett(er) ov(er)baten d(er) goede(n) van kerckem en(de) ande(re)n goeden/
desselfs stas en(de) sijnd(er) weerdynne(n) die hij voir de
//
lossinge van sijne(n) goede(n) tot berthe(m) vand(er) selv(er) rinte(n) te vrede(n)/
woude wesen en(de) hem d(air)op beraden om van dien alsoe v(er)le/
ken te wordden En(de) als vanden ande(re)n pointe(n) ind(er) vorst(er)/
selv(er) vorst(er) t(er)mi(n)acien begrepen Es duytsprake d(er)selv(er) he(re)n dat hij die sal moete(n) voldoen nae inhoudt d(er)/
selv(er) t(er)mi(n)acien en(de) d(air)toe dach neme(n) Dwelc de selve/
stas de selve t(er)mi(n)acie gegaen sijnde aengenome(n) heeft te/
doene bynne(n) xv dagen naistcomen(de) In (con)silio opidi/
octobr(is) xix
Nagekeken doorGreet Stevens
ModeratorGreet Stevens
Laatste update:: 2016-12-20 door Xavier Delacourt