SAL7383, Akte: R°433.1-V°433.1 (650 van 716)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°433.1-V°433.1  
Act
Datum: 1490-05-27

Transcriptie

2023-01-12 door Walter De Smet
Vand(en) questien gecomen voe(r) meye(re) ende scepen(en) van loven(e)/
tusschen jacoppe [vacat] marscalc woenen(de) inde/
hoelstrate t(er) eenre ende der werdi(n)nen ph(ilip)s vanden/
breyne t(er) ande(r) zijde(n) aldair de voirs(creven) jacop dede segge(n) hoe/
dat hij hadde doen co(m)me(re)n ende in rasteme(n)te sette(n) zeke(re)n/
pe(n)ningen gecome(n) van eenen peerde toebehoiren(de) eene(n) geheete(n)/
de zwerte dwelc die van sinte m(er)tens in des(er) stadt gecocht/
mochte(n) hebben dwelc hij gecureert hadde staende doen t(er)/
tijt ten huyse der voirs(creven) jouffr(ouwen) inden hert hopen(de) alsoe/
sijn gebreck dairaen te verhale(n) dwelc hij p(rese)nteerde te/
verifice(re)n opdat des behoefde Dairtege(n) de voirs(creven) jouffr(ouwe)/
dede seggen dat hij met zijne(n) rastemente verdoelt was/
ende in dien te spade gecomen want voirs(creven) peert/
vercocht was ende de pe(n)ni(n)gen die dair van comen wa(r)en/
oft souden comen wa(r)en huer geloeft bij consente vanden/
voirs(creven) zwerte huer die ov(er)geven(de) om tot huer(en) schult te/
geraken(e) van xxv rinsgulden(en) xiiii stuv(er)s eens D(air)aff de/
pe(n)ni(n)gen vanden vercochte peerde niet meer en gedroege(n)/
dan xxiii rinssche gulden(en) P(rese)nte(re)nde dair van hue(re)n eedt/
te doene dat zij de selve so(m)me vande(n) perde gehaven/
hebbe(n)de noch tachte(r) soude wesen van huer schult ende/
noch niet in dien volbetaelt te zijne noch toe te/
comen(e) van des de selve swerte ende sijn pert/
dair questie af es vertheert mochte(n) hebben tot hue(re)n/
huyse van gerekend(er) schout seggen(de) nae dien dat/
zij p(rese)nteerde te thoene(n) dat de pe(n)ni(n)g(en) vand(en) coma(n)scape/
huer geloeft wa(r)en ende dat voe(r) trastement des voirs(creven)/
jacops opde voirs(creven) pe(n)ni(n)gen gedaen dwelc zij op eene(n)/
borghe ontslagen hadde die de voirs(creven) jacoppe v(er)volghde/
ende dair zij voe(r) int(er)venieerde dat hij met/
zijnen voirnemen(e) in desen verdoolt soude wese(n)
//
opde(n) borghe oft hue(r) t(er) causen vande(n) voirs(creven) pe(n)ni(n)gen D(air)op/
de voirs(creven) jacop r(e)plice(re)nde seydt want tgene des hij/
vervolghde was van pijne(n) ende arbeyde bij hem aent/
voirs(creven) pert gedaen ende tselve peert den meeste(n) tijt/
tzijnent bracht hadde geweest bijde(n) diene(r) der voirs(creven)/
jouffr(ouwen) ende aldair gestaen hadde ende heymelijck/
alsoe hij seyde hem ontsteken was ende ewech geleydt/
dwelc hij al oic p(rese)nteerde te thoene(n) ontkynnen(de) de/
voirs(creven) jouffrouwe(n) dat hue(r) de pe(n)ni(n)gen gecomen/
vanden peerde gelooft souden wesen bijde(n) p(ate)r van/
s(in)te m(er)tens voirs(creven) bij consente vanden swerte ende/
bleef alsoe bij zijnd(er) voirs(creven) conclusien als dat de/
scepen(en) t(er) manissen smeyers de voirs(creven) p(ar)tien wesen/
tot hue(re)n thoene ende ten daghe dairtoe dienen(de)/
den selven in wed(er)zijde(n) geleydt sijnde de voirs(creven) jacop/
sijn vermet met genoech volcomen(en) nae recht Mair/
de voirs(creven) jouffr(ouwe) thoende cleer boven hue(re)n gep(rese)nteerde(n)/
eedt dat de voirs(creven) pe(n)ni(n)gen gecome(n) vanden peerde/
bijden p(ate)r hue(r) geloeft wa(r)en voe(r) trastem(en)t va(n) jacoppe/
ende oic bij consente vanden zweerte ende der zelver/
alsoe ov(er)bewesen wert gewesen nae tsluyte(n) vand(en)/
selv(er) saken bij p(ar)tien in wed(er)zijde(n) t(er) manisse(n) smeyers/
bijde(n) scepen(en) dat in alsoe verre de voirs(creven) jouffrouwe/
hue(re)n gep(rese)nteerden eedt dade dat de voirs(creven) jacop/
met zijnd(er) aenspraken verdoelt wae(r) opde voirs(creven)/
jouffr(ouwe) ende hue(re)n borghe t(er) causen vande(n) pe(n)ni(n)g(en)/
voe(r) genoempt dair zij voe(r) int(er)venieerde In/
scampno maii xxvii
Nagekeken doorJan Boncquet
ModeratorJan Boncquet
Laatste update:: 2017-01-17 door Xavier Delacourt