Item willem marchille sone wijle(n) jans/ wonen(de) top geldenaken heeft genome(n)
//
ende bekindt genomen te hebben van laur(eys)/ nijs als momboir van den kinde(re)n henr(ix) wijle(n)/ mordants en(de) woute(re)n loenijse als man ende/ momboir katlijne(n) mordants een huys ende/ hoff met oick al alsulken wynnen(de) lande als de/ selve kinde(re) aldair hebben ende ghelijckerwijs/ henrick mahan die ald(air) gehoude(n) heeft Te/ houden te hebben te wynne(n) en(de) te werve(n) van/ nu voirtaene eene(n) t(er)mijn van negen jae(re)n lang/ vervolgen(de) Elcx jairs d(air)enbynne(n) om en(de) voe(r) ond(er)half/ mudde corens pag(abel) cu(m) va(n)no mate van loeven(e)/ en(de) te loven(e) te leve(re)n alle jai(re) tsinte andriesmesse/ apostels te betalen(e) quolibet ass(ecu)[tu(m)] It(em) is voirwerde/ dat de voirs(creven) willem de voirs(creven) landen laten sall/ tzijne(n) afscheide(n) gelijc hij die vonden heeft It(em)/ is oick vorweerde dat de voirs(creven) willem den/ voirs(creven) kinde(re)n oft hue(re)n momboe(re)n ten uuytgane/ van zijne(n) t(er)mijne een half jair te voe(re)n cundige(n)/ sal oft hij deselve land(en) voirts inne nemen/ wilt oft niet en(de) alsdan sal de selve nairde(r)/ zijn dan een ande(re) Ende alle dese voirweerd(en) (et)c(etera)/ cor(am) berge hove martii xxvi