Item sander celle metse(r) als man en(de) mo(m)boir/ marien van percke docht(er) wijlen willems/ voe(r) hem selven en(de) tot behoef van baud(ewijn) van/ percke sijne(n) swag(er) nu absent zijnde que(m) in/ hiis p(ro)sta(r)e p(ro)misit heeft v(er)nairdert en(de) tot/ dien onder scepen(en) gesedt om de costen van/ brieve(n) pontgelde en(de) and(er)ssins te bet(alen) eene(n)/ goud(en) ph(ilip)s gulden(en) boven de pe(n)ni(n)ge bij he(m) op eerghiste(re)n/ onder wet gestelt ende dair toe geloeft meeste(re)n/ claese van byns regent inden ketel alsulken/ co(m)ma(n)tscap van eene(n) huyse metten toebehoirten/ gelegen inde hoelstrate tegen den gul(den) cop over/ tegen der wed(uwe) desselfs willem willems gedaen/ om d(air)af te bet(alen) de selve costen van brieven/ pontgelde Ende heeft voirts geloeft te voldoen(e)/ en(de) meeste(re)n claese tontheffen(e) aende selve wed(uw)[e]/ van tgene dat hij aende selve wed(uw)[e] vand(er)/ selver coma(n)tscap soude moten gelden ende/ hebben te betalen(e) want hijs selve der selver wed(uw)[en]/ noch met bet(aling)en heeft noch en derf bet(alen) dan alli(n)ske(n)s tot sijne(n) scoo(n)sten en(de)/ moeyten cor(am) borch rosme(re) m(ar)tii quarta