SAL7467, Akte: V°134.3-V°135.1 (176 van 581)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte V°134.3-V°135.1  
Act
Datum: 1573-10-19

Transcriptie

2021-01-21 door Anton Schuttelaars
Item sebastiae(n) meerbeijs zone wijle(n) jans
//
woonen(de) te loven(e) heeft opgedrage(n) met behoerl(ijcke) /
verthijenisse alsulcke(n) part portie en(de) gerichticheijt /
als hem competeren(de) is oijck mede het p(ar)t portie /
en(de) gerichticheijt als hij vercrege(n) heeft van barbara /
meerbais sijn sustere in ende ae(n) ee(n) huijs wese(nde) /
een brouwerije geheete(n) de mane metten /
achterhuijse co(m)mende achter tot int straetke(n) /
geheete(n) crabbendijck ende alle(n) andere(n) toebehoerte(n) /
der zelve(r) brouwerije co(m)peteren(de) alzoe tselve /
gestae(n) is bijnne(n) der voers(creven) stadt van love(ne) inde /
legestrate tussche(n) de goede(n) peeters hollants /
ter eenre en(de) de goede(n) jans van raveschot /
ter andere(n) zijde(n) Item alnoch sulcke(n) p(ar)t portie /
en(de) gerichticheijt als he(n) co(m)petere(nde) is in en(de) /
ae(n) ee(n) schure gestae(n) binne(n) des(er) stadt inde /
broeckstrate tussche(n) de goede(n) heere(n) peeters /
vande(n) dale ter eenre ende de goede(n) m(eeste)r /
jans van winde ter andere zijd(en) Exp(osito) soe /
is daerinne gegoedt te(n) erffel(ijcken) rechte joes /
van nethen(en) zone wijle(n) joos(en) tot behoeff va(n) /
hen en(de) van marie hazaerts zijn huijsvrouwe /
woonen(de) te loven(e) p(er) mo(nitionem) Et satis et war(as) /
de voers(creven) opdragere ende tot hem willem(men) /
meerbeijs bruede(r) des voers(creven) opdragers indivis(im) /
obliga(ndo) et submitten(do) ac renu(n)c(iando) in forma de /
voers(creven) geheeld(er) goede(n) op zeve(n) en(de) twintich /
carolusg(ulden) erffel(ijck) aen(den) voers(creven) m(eeste)r jan va(n) /
winde en(de) alnoch achtentwintich stuvers erffel(ijck) /
ae(n) heere(n) jan(nen) druet p(res)b(ite)re capellae(n) van s(in)te /
peeters zeve(n) en(de) eene(n) halve(n) stuvers ae(n) tgoidsh(uij)s
//
van(den) zeve(n) slaepers en(de) ee(n) plecke oft d(aer)omtrint /
ae(n) zekere(n) aultaer binne(n) de kercke(n) van s(in)te /
geertruijde(n) tanq(uam) p(ro)ut vercleren(de) hij opdragere /
de selve goede(n) oft paerte(n) zedert zijn(en) vercrijge /
nijet gecedeert getransporteert belast noch eenichss(in)s /
gealieneert te hebbe(ne) coram winde maelcate /
octobris xix[a]
Nagekeken doorInge Moris , Agata Dierick
ModeratorMi-Je Van Gils
Laatste update:: 2013-08-01 door Inge Moris