SAL7730, Akte: R°190.4-V°190.1 (180 van 428)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°190.4-V°190.1  
Act

Transcriptie

2018-04-24 door Yves Sergeant
Van willem(me) boecmans sente/
peters man van loven(en)/
Het sijn comen in recht voir meye(r) en(de) sente peters ma(n)ne van/
loeven(en) inde banck aldair jan maes van rijkevorssel als wittich/
man en(de) momboir
ende goert ansems van welde als wittich man/
en(de) momboir lijsbetten maes zuster des voirs(creven) jan maes in deen zijde/
ende willem voermans van rikevorssel in dande(re) dair de voirs(creven)/
jan maes en(de) goert ansems als momboir sijns wijfs voirscr(even)/
een aensprake deden tot den voirs(creven) willem(me) voermans seggen(de)/
met hoe(re)n geleverden voirspreke dat wair wa(r)e dat de selve/
willem voermans een wittich wijf hadde met namen katlinen/
wilen maes dair af [die] des voirs(creven) jan maes en(de) lijsbetten die wijfs
//
es des voirs(creven) goert ansems wittich moeye en(de) naeste levende wa(r)en/
ende dat dat waer wa(r)e dat boden sij te thoenen en(de) met te(n)/
minsten (et)c(etera) Voert deden sij noch seggen dat der banck recht/
van rijkevorssel wa(r)e so wa(n)neer een wijf storve
Nagekeken doorWalter Winnelinckx
ModeratorWalter Winnelinckx
Laatste update:: 2016-02-03 door xavier delacourt