It(em) cond zij allen lieden want de edele joncker jan van hoerne hee(re) tot p(er)wez/ tot duffel tot gheele tot ocheem to en(de) tot h(er)laer (et)c(etera) sijnen ond(er)seten/ gegeven verleent en(de) besegelt heeft de punten en(de) vryheiden hier na/ bescr(even) Inden yersten dat de seven scepen(en) van ghele op sente loyn(en)?/ dach te weten des ande(re)n daighs na sente jans dach baptisten sijnen/ onderseten des lands van ghele verleent geconsenteert en(de) gegeven/ heeft enen charter met sijnre edelheide(n) zeghel besegelt spreken(de)/ vanden date dusent vierhondert en(de) xxxv xxvii dage inde maent/ van junio in wat voegen en(de) manie(re)n men de scepen(en) van ghele/ tot ewigen dagen aldair kyesen setten en(de) nemen sal gelijc/ de selve charter dat int lange begrijpt ende inhelt en(de) gheert/ tot ewigen dagen aldair kyesen setten en(de) nemen sal gelijc/ de selve charter dat int lange begrijpt ende inhelt en(de) gheert/ tuerinx nu t(er)tijt drossete des lands van ghele na de hoge heerlich(eit)/ ons liefs gnad(ichs) en(de) geduchts he(re)n des h(er)toge(n) van bourg(oignen) en(de) van/ brabant en(de) zijnre stat recht van loeven comen en(de) geleidt es/ tot allen den goeden en(de) heerlicheiden des voirs(creven) jonck(er) jans/ van hoerne Dair om eest dat de voirs(creven) gheert tuerinx comen/ es voir scepen(en) van loeven en(de) heeft quijtgescouden openbairlic alsulke(n)/ beleyt als hij heeft op de goede en(de) heerlich(eiden) voirscr(even) also verre/ als dat e(n)nichsins hynderlic wesen mach den charte(re)n en(de)/ privilegien voirscr(even) smacht ov(er)wynghe iunior dec(embris) xxix