SAL7733, Akte: R°1.2 (1 van 422)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°1.2  
Act
Datum: 1439--
TaalNederlands

Transcriptie

2017-04-28 door Chris Picard
Item hr jan de bubbele(re) molde(r) es come(n) in jegew(ordicheit) der scepen(en) van loven(en) en(de) heeft/
genomen ende bekent dat hij genome(n) heeft van henricke(n) brugma(n) soen jans/
brugma(n) de helcht vander water moelen te rotselair den he(re) van rotselair/
toebehoe(re)nde die de voirs(creven) henrick brugma(n) tegen den voirs(creven) he(re) van rotselair/
te pachte genome(n) heeft dair af hij half de selve pechtinge gedeilt en(de)/
ov(er)gegeve(n) heeft den voirs(creven) ja(n)ne bubbele(re) Te houde(n) en(de) te hebben van kersmisse/
naestcome(n)de ene(n) t(er)mijn van drien jae(re)n langc deen nae dand(er) sonder middel/
volgende Elx jairs dae(re)n bynne(n) om de helcht van hondert en(de) tweentsestich/
mudden rogs goet en(de) payabel met wa(n)ne en(de) met vloegele(n) wel bereit der/
mate(n) van loven(en) Item om de helcht van vijftich hollanscen gulden(en) om de/
helcht van tweenhondert l(i)b(ra) was [van] ii[c] raepcoeken van xlviii gelte(n) smouts/
raepsmouts en(de) van drien l(i)b(ra) cruyts oft dair voe(r) de helcht van drien gul(den)/
all half te sent jans misse baptiste(n) en(de) half te kersmisse te betale(n) jairlix/
den voirs(creven) t(er)mijn due(re)nde en(de) telke(n) t(er)mine als vervolghde schout It(em) sal de/
voirs(creven) jan bubbele(re) oec betale(n) mijnre vrouwe(n) van rotselair eens de helcht/
van thien gulden rijders It(em) es vorwarde en(de) ondersproke(n) dat de voirs(creven)/
jan bubbele(re) ghelde(n) en(de) betale(n) sal de helcht van allen de(n) last en(de) co(m)mer/
die de voirs(creven) henrick brugma(n) den voirs(creven) hee(re) van rotselair d(aer) af jairlix/
sculdich es te betale(n) den voirs(creven) t(er)mijn due(re)nde en(de) den voirs(creven) henricke(n)/
brugma(n) en(de) sijn borgen van dier helcht scadeloes en(de) co(m)merloes ontheffe(n)/
hier af sijn borgen des voirs(creven) jans bubbele(re)n als p(ri)ncipael sculde(re)n ongesund(er)t/
en(de) ongesceiden jan bubbele(re) de jonge sijn soen gorijs messoens soen bellens/
wilen messoens en(de) aert maircolf molde(r) Et p(ri)mus lomb(ar)t velde/
in vigilia b(ea)ti joh(ann)is bap(tis)[te] post nona(m)
Nagekeken doorInge Moris , Greet Stevens
ModeratorGreet Stevens
Laatste update:: 2013-07-22 door Lize De Wilder