It(em) lijsbeth weduwe henrix wilen van godshoven [goetsenhoven] ty(m)m(er)mans heeft mechtich/ gemaect en(de) volcomen macht gegeven pauwelse hoiren zoon op te heffen te/ bue(re)n en(de) tontfangen alsulken schout en(de) loon als de kerckmeest(ere)n vand(er)/ fabriken van s(in)te pet(er)s te loeven(e) sculdigh en(de) tachter zijn der voirs(creven) lijsbetten/ en(de) de voirs(creven) wilen henric met sijnre pijnen en(de) arbeide aende voirs(creven)/ kercke gedaen verdient heeft Die op dats noot zij met rechte te/ bedingen en(de) te v(er)volgen totten eynde quitancie en(de) quijtsceldinge d(air)af/ te geven en(de) g(e)n(er)alic alle tghene dair inne te doen dat de voirs(creven)/ lijsbeth selve doen soude mogen oft zij yegewoirdich en(de) voir ogen/ wa(r)e Gelovende alle tghene dat hoir voirs(creven) zoon dair innen en(de)/ des dairaen cleeft doen en(de) vord(ere)n sal het zij te wy(n)ne oft te/ verliese vast gestentich en(de) onv(er)brekelic te houden en(de) dair/ tegen ne(m)mermeer te comen in gheenre [e(n)niger] manie(re)n En(de) dairaf/ recht warant te zijn tegen eenengeliken [also] dat de voirs(creven) p(ro)viso(r)en/en(de) kerckmeest(ere)n met eenen betalene vandes voirs(creven) is den voirs(creven)/ hoiren zoon te doen quijt vry en(de) los zijn zelen d(air)af eeuwelic/ en(de) e(m)m(er)meer voirt heeft geloeft de voirs(creven) lijsbeth den voirs(creven)/ hoiren zoon alle behoirlic behulp met hande en(de) monde sond(er) hoiren/ cost te doen dat de selve hoir zoon e(n)nighsins in desen/ behoeven sal mogen witte hortbeke maii xx