Van janne van dormale en(de) janne van coudenb(er)ghe/Item vanden gedinge dat geweest es tuschen janne van coudenb(er)ghe in/deen zijde en(de) janne van dormale van houtheverle in dande(r) Aldaer/de voirs(creven) jan van coudenberge dede seggen dat hij tegen den voirs(creven) ja(n)ne/van dormale gecocht hadde een huys en(de) hof met zijnre toebeh(oirten)/gelegen te houthev(er)le voe(r) de so(m)me van xv ryders d(aer)af hem/afcorten zoude alsulken schout als dormale hem sculdich was/van welken goeden de voirs(creven) van dormale hem hofguedinghe/gedaen hadde na den welken de voirs(creven) van coudenberghe v(er)nome(n)/hadde dat lodewijck van oppendorp van voe(r) tot den goeden des/voirs(creven) van dormale geleidt was na den rechte d(er) stad van loeven mids/welken beleide de voirs(creven) lodewijck hem tvoirs(creven) huys en(de) hof hadde doen/leve(re)n mett(er) stad brieven van loeven die hij ald(aer) hadde doen scriven/en(de) alsoe en hadde hij mids den voirs(creven) beleide gheen goede guedi(n)ge/versueckende en(de) eysschende d(aer)om de selve van coudenb(er)ghe dat/de voirs(creven) van dormale hem soude doen hebben quitancie uuten voirs(creven)/beleide of hem zijn pe(n)ni(n)ge opleggen etc(etera) biedende de voirscr(even)/pu(n)ten te thoenen met meer ande(re)n in desen luttel of niet/dienen(de) dairop de voirs(creven) [van] dormale hem verantwerden(de) dede/seggen dat hij hoopte dat hem die aensprake gheen ontstade/doen en zoude by reden(en) want al wae(re) de voirs(creven) lodewijc geleidt/tot zijnen goeden zo en hadde nochtan de voirs(creven) van coudenberghe/met rechte niet verloren oic zo hadde lodewijck zeke(re) goede tegen hem/gecocht d(aer)af hij hem guedinge gedaen hadde voe(r) scepen(en) van hev(er)le/en(de) op die goede hadde de selve lodewijck doen stellen ind(en) guedi(n)gen/den last vanden voirs(creven) huise en(de) hove en(de) dien te hemw(er)ts genomen en(de)/tselve huys en(de) hof voe(r) de selve scepen(en) quijtgeschouden and(er)s dan/of hij gebreck hadde ind(er) wairscap van zijnen gecochten goeden/d(aer) inne alnoch gheen gebreck bevonden en wae(re) desgelijx hadde de selve/lodewijck d(er) voirs(creven) goede daer questie af es afgegaen voe(r) den burg(er)meest(er)/en(de) e(n)nigen vanden raide vand(er) stad and(er)s dan of hij gebreck hadde in /zijn voirs(creven) wairscap dat hij dat zoude moegen v(er)reycken aende selve goede/van welken goeden de voirs(creven) van dormale alsoe hij zeyde den voirs(creven) van/coudenb(er)ghe hofguedinge gedaen hadde en(de) alsulke dat hij d(aer)mede/te dier tijt wail te vreden was oic so hadde de voirs(creven) va(n) coudenb(er)ge/hem doen houden ind(er) vroenten voe(r) en(de) eer de voirs(creven) lodewijck hem/de voirs(creven) goede hadde doen leve(re)n ald(aer) hij wail xxiiii dage eer hij/inden rechte hadde co(n)nen geraken geseten hadde mids welken/pu(n)ten voirscr(even) die de voirs(creven) va(n) dormale boet te thoene(n) hij hoopte/d(er) aenspraken ongehouden te zijne alsoe dat na desen de voirs(creven)/p(ar)tien gewijst worden tot hoe(re)n bethoene die des in beiden zijde(n)/genoech volquamen mair de voirs(creven) van coudenb(er)ge en thoende n(er)gers/dat jan van dormale hem ind(er) guedingen e(n)nige gelufte van genoech/doen oft wairscape geloeft hadde so hebben ten uutersten de scepen(en)/van loeven gewijst voe(r) een vo(n)nis dat de voirs(creven) va(n) coudenb(er)ge met/zijnre aenspraken die hij ten voirs(creven) va(n) dormale w(er)t gedaen heeft/noch t(er) tijt te vroech op es cor(am) roelands j(aspar) abs(oloens) borch(oven) lynthe(re)/hortbeke m(er)sb(er)ge julii xix