It(em) want wout(er) daneels als geleidt tot den goeden s(er)vaes wilen uuten lyemi(n)gen /heeft doen beveelen by eenen diene(r) en(de) by consente vanden burg(er)meest(er) lijsbetten /sgheysers die alsoe wout(er) voirs(creven) opdede zeke(re) p(ar)cheelen va(n) haven den voirs(creven) /goeden toebehoiren(de) ond(er)hadde dat zij de selve have hem ov(er)lev(er)de of tegen /hem te recht quame En(de) de voirs(creven) lijsbeth dien navolgen(de) hem ov(er)gegeven/heeft minlic zond(er) voird(er) bedwangc of vorderi(n)gen va(n) rechte de goede h(ier)na /genoe(m)t te weten iiii silve(re)n schalen xii silve(re)n lepele en(de) een cleyn besloten /cofferken met dat dair inne wezen mochte welc have de voirs(creven) wout(er)/voirt ov(er)gegevene(n) heeft en(de) laten volgen wille(m)me uuten lyemi(n)gen des voirs(creven) /wilen s(er)vaes brued(er) So hebben de selve willem en(de) h(er) s(er)vaes zijn soen /prieste(r) geloeft ongesund(er)t den voirs(creven) woute(re)n vanden voirs(creven) ov(er)gevene /en(de) van des hij in des(er) saken gevord(er)t mach hebben scadeloes en(de) (com)merloes /te houden aen en(de) tegen eene(n) yegeliken en(de) of hij e(n)nigen last cost oft/schade hadde of hem aengedaen werde uut ocsuyne vand(er) voirs(creven)/goeden aenverdene of ov(er)gevene d(er) selv(er) dat zij hem dien oprechten /selen alse v(er)volghde schout pryke(re) m(er)cels oct(obris) xxiii/