Henric van velpe goutsmet doet gebieden de goede hier na bescr(even)/ een vierdel van ene(n) halven dachmael wijngarts luttel min oft meer/ gelegen inde calchovenstrate tusschen de goede jans wilen heideman en(de) de goede/ jans vanden wijng(ar)de teschmakers It(em) een vijfstegedeelte van drien huysen beneve(n)/ een gelege(n) mette(n) hove(n) en(de) allen hae(re)n toebehoirte(n) gelege(n) inde wijngartstrate tus/ schen de goede jan edelhers en(de) de goede gielijs van rotselaer gelijc de voirs(creven)/ henric de voirs(creven) goede vercregen heeft jegen heylwigen weduwe wout(er)s wilen/ edelhe(re) sijnre zweg(er) en(de) pete(re)n dullebout met wille kath(er)inen zijns wijfs docht(er)/ d(er) selv(er) heylwighen en(de) goedinge d(aer) af ontfaen voe(r) scepen(en) va(n) loeven Te die(n)/ eynde (et)c(etera) hier af sijn de drie gebode gedaen Te wete(n) dyerste gebot d(aer) af/ des sondaeghs xxix daghe in januario int jae(r) xiiii[c] xxix p(rese)ntib(us) egidio/ rike (et) henrico wante scabinis lov(aniensibus) Dand(er) gebot d(aer) af des sondaeghs ov(er) xiiii/ nacht d(aer) naest volgende p(rese)ntib(us) will(el)mo lombart henrico wante scabinis/ lov(aniensibus) Tderde gebot d(aer) af des sondaighs ov(er) xiiii nacht d(aer) na sond(er) myddel/ volgende p(rese)ntibus jacobo ex lyemi(n)ghen (et) henr(ico) wante scabinis lovanien(sibus)