Alsoe als ten vervolge jans vande(n) veken(en) als p(ro)cur(eur) jans stoefman/ geleydt sijnde nade(n) rechte der stadt van loeven(e) voe(r) zijn wettich/ gebreck tot alle(n) den goede(n) beyde have en(de) erve joes cock en(de) adriaens/ cock sijns vad(er)s en(de) willem(me) s woute(re)n scricma(n) met eene(n) vorste(r)/ bij consente vander stadt zijn hande vand(en) voirs(creven) goede(n) hadde doen/ lichte(n) oft dat hij des tot eene(n) sek(ere)n dage va(n) rechte op heden/ dienen(de) alhier quame int recht des de voirs(creven) jan vand(en) veken(en)/ hem gedroech totte(n) vorste(r) en(de) de voirs(creven) wout(er) noch niemant va(n)/ sijne(n) wege(n) tot sijne(n) dage van rechte niet come(n) en is Soe hebbe(n)/ de scepen(en) va(n) loeven(e) ierst aengehoirt jasp(ar) claes vorste(r) die cleerde/ bij sijne(n) eede dexecutie en(de) exploit bij hem gedaen te hebben(e)/ ghewijst voe(r) een vonnisse zoe verre de voirs(creven) wout(er) niet en/ quame te(n) opstaen(e) smeyers en(de) van hen scepen(en) datmen da(n) de voirs(creven)/ geleidden vanden voirs(creven) goede(n) houde(n) sal in sijne(n) voirs(creven) beleide/ alsoe verre alst noch voe(r) hen scepen(en) comen is in scampno febr(uarii) xii