Item hoe al eist soe dat de voirs(creven) otte alsnu voir/ scepen(en) van loven(e) bekint heeft den voirs(creven) ge/ huysschen vie(r) rinschguld(en) erflic is nochtan voir/ weerde dat hij den selve(n) gehuysschen bynne(n)/ xiiii nachten naistc(omende) de selve vie(r) r(insch)guld(en) bevestige(n)/ sal op alle alsulken leengoede als hij heeft/ bynne(n) der heerlich(eit) van rotselair tsijnen coste/ Ende al eist soe dat de voirs(creven) gehyuysschen alsdan/ dobbel vestich(eit) hebben sullen is nochtan voirw(er)de/ dat de selve otten jairlijcx met eend(er) betalinge(n)/ gestaen sal mair de selve gehuysschen selen hen/ altijt moeg(n) behulpe(n) d(aer)mede hen gelieve(n) sal/ om jairlijcx tott(er) betalinge(n) vand(er) rinten voirs(creven) te comen(e)/ en(de) oic tprincipael te v(er)halen(e) en(de) te dier meyni(n)gen/ sal desen brief altijt onder wet blive(n) eisd(em)