It(em) de voirs(creven) reyne(r) thienponts ende dierick ty(m)mermans/ hebben geloeft ind(ivisim) den voirs(creven) m(ijn) hee(re) van vlierbeke/ en(de) ja(n)nese vlas sijne(n) p(ro)cur(eur) aut xxviii mudden rocx/ xxiiii mudden ghersten pag(abilis) cu(m) va(n)no mensure/ leeuwen(sis) ende xxxiiii rins guld(en) te xx stuvers/ tstuck ende xi gelijke stuvers tderdel dair aff sinte/ denijsmisse naistcomen(de) oft viii dag(en) d(air)nae ombegrepe(n)/ tderdel te lichtmisse dair naistvolgen(de) ende dander/ derdel te kersmisse dair nae volgen(de) te betalen(e) quol(ibe)t/ ass(ecutu)[m] als van achterstelle vander thienden va(n) bueding(en)/ die sij van mijne(n) voirs(creven) hee(re) gehouden hebben ende dat/ bove(n) des m(ijn) hee(re) hen noch afgeslage(n) ende gecort/ heeft behalve(n) dat blive(n) staen(de) alsulk(en) drie mudde(n)/ corens als reyne(r) seet betaelt te hebben(e) wijle(n) peete(re)n/ huwagens dewelke de wed(uw)[e] desselfs wijlen/ peeters niet kynne(n) noch gerekent en heeft ontf(angen)/ te hebben(e) cor(am) eisd(em)