Aldair franchois de lelez als procur(eur) jeronimi fiscobaldi/ met zijnen voirspreke heeft doen seggen hoe hij met/ drie behoirlijk(en) rastementen gevolght heeft op seke(re)/ penni(n)g(en) die dese stad sculd(ich) is huyg(en) do(m)melo coopman/ van yngelant Conclude(re)nde soe verre hij dat dade blijken/ dat hem de gearresteerde penni(n)g(en) sculd(ich) souden zijn/ en(de) behoiren te volgen(e) op behoirlijke verificacie die/ hij p(rese)nteerde te doene Ende des geliefde hem tvo(n)nisse/ dair op scepen(en) gemaent hebben gewesen nae dien/ hen es gebleken bij voirgaen(de) vo(n)nisse de drie rasteme(n)ten/ geschiet te zijne behoirlijck ende de conde hier bynnen/ gedaen want de voirs(creven) huyge buyten lants woent/ dat de voirs(creven) franchois sijn schult sculd(ich) sal sijn te/ verifice(re)n en(de) dae(re)ntynden recht In scampno cor(am) Eisd(em)