Alsoe als ten vervolge willems huens als (pro)cur(ator) des/ godshuys vande(n) xi[m] meechden in des(er) stad die met/ scepen(en) brieve(n) van loeven(en) heeft en(de) houden(de) es vijf goud(en)/ peet(er)s erflijck aen ende op de goeden naebescreven/ Te weten(e) op een stuck beempts geheete(n) tha(m)meken/ houden(de) vijf dach(mael) luttel min oft meer geleg(en) inde
//
p(ro)chie van rode bij cortelke achter tslot vander horst/ tuschen de beke ende de strate aldair It(em) op ii(½) boende(re)n/ boschs geheete(n) de brake geleg(en) aldair bijde beempde/ geheeten roderbeempde It(em) drie dach(mael) boschs geleg(en)/ ter plaetsen geheete(n) dynghelschelair It(em) op een boeder/ beempts geleg(en) bij thof van goirde vranx tusschen/ de goede wout(er)s de cuype(r) en(de) de goede meest(er) peet(er)s/ boote Met brieve(n) van des(er) stad gescreve(n) es geweest/ aen alle officie(re)n ende ernstelijck versocht alle deselve/ goede onder hen gelegen te leve(re)n ende peyslijck te/ doen volgen den voirs(creven) p(ro)cur(ator) oft den bringer ons(er)/ brieve(n) in zijne(n) name met gaders den haeflijke(n) goeden/ d(air) op wesen(de) den p(ro)prietar(is) vande(n) gronde toebehoiren(de)/ Ende henricke van haren en(de) henricke bollens met hue(re)n/ medeplege(re)n in gevalle van oppositien dach va(n) rechte/ te bescheyden(e) op heden dienen(de) voir meye(r) en(de) scepen(en)/ van loeven(en) Aldair gheen van hen en compareerde/ den voirs(creven) p(ro)cur(ator) des voirs(creven) godshuys compare(re)nde ende/ trecht voirts versueken(de) Soe hebben scepen(en) van loeven(en)/ ter manissen smeyers gewesen met vo(n)nisse nae dien/ hen behoirlijck gebleken was bij cleernissen jans dridons/ bode te voet van des(er) stad die cleerde bij zijne(n) eede/ dat de vorste(r) van houdert ende de vorste(r) va(n) nurode/ hem dexecutie van desen gedaen hebben en(de) p(ar)tien dachbesch(eydinge)/ nae inhoud(en) svoirs(creven) sbriefs datme(n) den selve(n) p(ro)cur(ator)/ inde(n) name en(de) tot behoef des voirs(creven) godshuys vand(en)/ voirs(creven) geleverde(n) goeden houden sal inde macht van/ hue(re)n scepen(en) brieve(n) voirs(creven) soe verre alst noch voir/ scepen(en) come(n) is in scampno eisd(em)