SAL7786, Act: V°108.2-R°109.1 (215 of 839)
Act V°108.2-R°109.1
Act
Date: 1501-01-005
Transcription
2022-11-19 by Walter De SmetIt(em) margriete yngelrams docht(er) wijle(n) henricx/
cu(m) tuto(r)e heeft opgedragen met rechter verthijeniss(en)/
drie r(ins) guld(en) te xx stuv(er)s tstuck iii pl(a)c(ken) p(ro) st(ufero)
//
van dien zesse gelijke ryns guld(en) erflijck rinte(n)/ vallen(de) jairlick den xxiii[en] dach in octobri/ die zij hadde en(de) heffen(de) was en(de) huer bij ja(n)ne de/ ponte(re) den xxiii[te(n)] dach in octobri a(nn)[o] xcv lestled(en)/ besedt waren aen ende op een ca(m)me geh(eten) den/ bendele(re)? geleg(en) inde dorpstrate metten ketelen/ cuypen brouvaten en(de) ande(re)n instrume(n)ten totter/ brouwerien behoiren(de) metten hove ende ande(re)n/ hue(re)n toebehoirt(en) tusschen de goede jans blanckart/ en(de) meest(er) robeerts virili It(em) noch op een hoechuys/ geleg(en) opden hoeck vander cleynstraten tegen/ over s(in)[te] barbele capelle mette(n) hove en(de) zijn(en)/ toebehoirten tussche(n) de goede anthonis van/ vechelen ende henricx vand(en) wijen Expo(s)ita/ impo(s)it(i) gorijs vand(en) vynne wille(m) vander/ dijlen jan de coste(re) ende wout(er) vand(en) wouwe(re)/ gesworen(en) vand(en) nyeuwe(n) cleermakers ambachte/ bynne(n) loeven(e) tot behoef van eender erfweeckmisse(n)/ tot eewig(en) dag(en) des vrijdachs op desselfs ambachts/ outair gedaen te wordden(e) in voldoenni(n)g(en) vand(en)/ utersten wille van lijsbette(n) wijle(n) vand(er) ghalen/ moeder d(er) voirs(creven) m(ar)griete(n) nae inhoud(en) vand(en)/ testame(n)te der selver wijle(n) huer moeder welke/ erfmisse de voirs(creven) gesworen(en) voir hem en(de)/ hue(re)n naeco(m)mers gesworen(en) ten tijde sijnde/ geloeft hebben te doen doen alsoe voirs(creven) is/ tot eewig(en) daig(en) met voerweerd(en) oft des ambachts/ outair naemaels getransfereert wordde en(de) elde(r)/ gestelt werdde dat alsdan ter plaetsen d(air) des/ ambachts outair gestelt sal wordden de selve/ messe gedaen sal wordden p(er) mo(nicionem) et sat(isfacere) p(ro)ut/ Cor(am) hermeys buetsele octobris v
//
van dien zesse gelijke ryns guld(en) erflijck rinte(n)/ vallen(de) jairlick den xxiii[en] dach in octobri/ die zij hadde en(de) heffen(de) was en(de) huer bij ja(n)ne de/ ponte(re) den xxiii[te(n)] dach in octobri a(nn)[o] xcv lestled(en)/ besedt waren aen ende op een ca(m)me geh(eten) den/ bendele(re)? geleg(en) inde dorpstrate metten ketelen/ cuypen brouvaten en(de) ande(re)n instrume(n)ten totter/ brouwerien behoiren(de) metten hove ende ande(re)n/ hue(re)n toebehoirt(en) tusschen de goede jans blanckart/ en(de) meest(er) robeerts virili It(em) noch op een hoechuys/ geleg(en) opden hoeck vander cleynstraten tegen/ over s(in)[te] barbele capelle mette(n) hove en(de) zijn(en)/ toebehoirten tussche(n) de goede anthonis van/ vechelen ende henricx vand(en) wijen Expo(s)ita/ impo(s)it(i) gorijs vand(en) vynne wille(m) vander/ dijlen jan de coste(re) ende wout(er) vand(en) wouwe(re)/ gesworen(en) vand(en) nyeuwe(n) cleermakers ambachte/ bynne(n) loeven(e) tot behoef van eender erfweeckmisse(n)/ tot eewig(en) dag(en) des vrijdachs op desselfs ambachts/ outair gedaen te wordden(e) in voldoenni(n)g(en) vand(en)/ utersten wille van lijsbette(n) wijle(n) vand(er) ghalen/ moeder d(er) voirs(creven) m(ar)griete(n) nae inhoud(en) vand(en)/ testame(n)te der selver wijle(n) huer moeder welke/ erfmisse de voirs(creven) gesworen(en) voir hem en(de)/ hue(re)n naeco(m)mers gesworen(en) ten tijde sijnde/ geloeft hebben te doen doen alsoe voirs(creven) is/ tot eewig(en) daig(en) met voerweerd(en) oft des ambachts/ outair naemaels getransfereert wordde en(de) elde(r)/ gestelt werdde dat alsdan ter plaetsen d(air) des/ ambachts outair gestelt sal wordden de selve/ messe gedaen sal wordden p(er) mo(nicionem) et sat(isfacere) p(ro)ut/ Cor(am) hermeys buetsele octobris v
Contributors: Jan Boncquet
Moderated by: Jan Boncquet
Last update: 2019-05-08 by Jos Jonckheer