SAL8113, Akte: R°41.3 (54 van 369)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°41.3  
Act
Datum: 1441-08-17

Transcriptie

2020-08-11 door Gerry Van Helmont
Tvonisse tussche(n) vrancken den houwe(re) die geleit es totte(n) goede(n) lijsbette(n)/
tshouwers weduwe jacops wile(n) robbijns sijnd(er) sust(er) in deen zijde ende/
henricke robbijns brued(er) des voirs(creven) wile(n) jacops in dande(re) alse van/
der tocht die de voirs(creven) henric robbijns meynde dat hij gecocht/
hadde iege(n) der voirs(creven) [vrancken en] lijsbetten shouwers de ghene diese houde(n)de/
was van des voirs(creven) jacops huers mans wege(n) in alle den goeden/
des selfs huers mans en(de) oec van eene(n) halve(n) mudde(n) corens dat/
de voirs(creven) wile(n) jacop voirtijts vercocht hadde op sijne goede va(n)/
sine(n) wege(n) gecome(n) Dat hij geloeft soude hebbe(n) op d(er) voirs(creven)/
lijsbette(n) sijns wijfs goede te besette(n) gelijc de selve henric/
robbijns dat boet te thonen(e) Was gewijst met dese(n) worde(n)/
nae aensprake [en(de)] [verantwerde(n) en(de)] thonisse des voirs(creven) henricx dat alsulke(n) aen/
sprake als sij de voirs(creven) henric robbijns gedae(n) hadde vrancke(n)/
den houwe(re) noch sijne(n) beleide gheen staen doen en soude cor(am)/
o(mn)ib(us) scabinis aug(usti) xvii
Nagekeken doormyriam bols
Moderatormyriam bols
Laatste update:: 2016-01-26 door Jos Jonckheer