SAL8113, Akte: V°165.4-R°166.1 (188 van 369)
Akte V°165.4-R°166.1
Act
Datum: 1442-01-13
Transcriptie
2021-01-06 door Gerry Van HelmontIt(em) vaes zeghers in p(rese)ncia heeft genome(n) en(de) bekint dat hij/
genome(n) van goerde roelofs natuerlec de goede h(ier) ond(er)/
bescr(even) inden ierste(n) een boend(er) lants gelege(n) aende(n) tiensche(n)/
wegh streckende tot ond(er) den wijng(ar)t vande(n) (...)/
tusce(n) de goede jans de vos en(de) de goede des vors(creven) (...)/
noch een boend(er) lants gelege(n) bove(n) voerde? acht(er) thof/
wout(er)s roede(n) tussce(n) de goede d(es) vors(creven) jans en(de) goerts/
It(em) noch een boend(er) lants gelege(n) tege(n) den ziepoel neve(n)/
tiensgat ald(aer) tussce(n) de goede des vors(creven) jans de vos en(de)/
de goede des vors(creven) goerts Te houde(n) te hebben en(de) te/
wynne(n) van half merte neestcom(ende) eene(n) t(er)mijn van x/(...)
//
vors(creven) goerde best gelieve(n) sall te leve(re)n den vors(creven) t(er)mijn due(re)nde/ quoli(bet) ass(ecutu)[m] It(em) es vurwerde dat de vors(creven) wynne den voirscr(even) / goede ten afsceiden van sijne(n) t(er)mijne een vande(n) vors(creven) (...)/ boende(re)n lants dwelc den vors(creven) goerde best gelieve(n) sall leve(re)n sall/ op drie getidege vore(n) geerijt en(de) allet and(er) lant geheel (...)/ It(em) es noch vurwerde dat de vors(creven) wynne de vors(creven) lande(n)/ binne(n) sijne(n) t(er)mijne tweedewerf wel en(de) loflic ov(er)meste(n)/ sall te sijne(n) scoenste(n) te wete(n) eens binne(n) de ierste vier ja(r)en/ en(de) eens binne(n) de sesse leste jare(n) en(de) dat ten goeden mans/ prijse It(em) es noch vurwerde dat de vors(creven) wynne de vruchte(n)/ jairlix opde vors(creven) goede wassende no(m)m(er)meer en sal moegen/ inne doen [hij en sal ierst (...)] de vors(creven) goerde jairlix v(er)neught hebbe(n) (...)/ sijne(n) pachte oft sijne(n) goede(n) moet te hebben het sijne(n) (...)/ eene(n) goede(n) borge oft and(er)s cor(am) eisd(em)
//
vors(creven) goerde best gelieve(n) sall te leve(re)n den vors(creven) t(er)mijn due(re)nde/ quoli(bet) ass(ecutu)[m] It(em) es vurwerde dat de vors(creven) wynne den voirscr(even) / goede ten afsceiden van sijne(n) t(er)mijne een vande(n) vors(creven) (...)/ boende(re)n lants dwelc den vors(creven) goerde best gelieve(n) sall leve(re)n sall/ op drie getidege vore(n) geerijt en(de) allet and(er) lant geheel (...)/ It(em) es noch vurwerde dat de vors(creven) wynne de vors(creven) lande(n)/ binne(n) sijne(n) t(er)mijne tweedewerf wel en(de) loflic ov(er)meste(n)/ sall te sijne(n) scoenste(n) te wete(n) eens binne(n) de ierste vier ja(r)en/ en(de) eens binne(n) de sesse leste jare(n) en(de) dat ten goeden mans/ prijse It(em) es noch vurwerde dat de vors(creven) wynne de vruchte(n)/ jairlix opde vors(creven) goede wassende no(m)m(er)meer en sal moegen/ inne doen [hij en sal ierst (...)] de vors(creven) goerde jairlix v(er)neught hebbe(n) (...)/ sijne(n) pachte oft sijne(n) goede(n) moet te hebben het sijne(n) (...)/ eene(n) goede(n) borge oft and(er)s cor(am) eisd(em)
Nagekeken door: myriam bols
Moderator: myriam bols
Laatste update:: 2016-02-09 door Jos Jonckheer