SAL8121, Akte: V°208.6-R°209.1 (261 van 381)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte V°208.6-R°209.1  
Act
Datum: 1450-03-13

Transcriptie

2015-10-21 door xavier delacourt
It(em) o(m)me den voirs(creven) gehuyssche(n) vand(er) voirs(creven) lijfpensien bat te besorghe(n) /
en(de) te vreden te stellen heeft de selve baudewijn den selve(n) janne metten
//
hee(re) gelevert en(de) in sine(n) hande(n) gesedt de silvere(n) juwele(n) h(ier) nae bescr(even) /
Inden yersten eene(n) ongedecten zilve(re)n v(er)guldene(n) cop eene verdecte zilvere /
kine eene(n) zilve(re)n onverguldene(n) scheel van eene(n) coppe eene(n) silveren croes /
ende x silvere scalen weghende alle de voirs(creven) juwele(n) te gade(re) xii merct /
troys gewichte Tot dien eynde oft de voirs(creven) baudewijn den voirs(creven) janne /
jairlijx ten valdaghen vand(er) voirs(creven) lijfpens(ien) egheen gulde noch betalinge /
en dade oft oec den selve(n) janne de selve lifpens(ie) tot sijnd(er) manissen /
niet en verpande nae inhoude(n) vande(n) voirg(enoemde) brieve oft afenqueet /
Soe heeft de selve baud(ewijn) den voirs(creven) janne alsdan gewillecoert en(de) geco(n)senteert /
dat de selve jan tallen uuren als dat gebue(re)n sall de voirs(creven) juwele(n) tot /
sijnd(er) gelieften sal moeghen v(er)coepen en(de) die tot hue(re)n hoeghste(n) /
bringen en(de) dair aff trecken tgene des hij van acht(er)stellige(n) pachte(n) /
tacht(er) en(de) te cort sall wesen met gad(er)s den principale(n) pe(n)ni(n)gen /
vanden selve(n) en(de) cost en(de) co(m)mer va(n) rechte d(aer) op gegaen Ende oft de /
selve jan metten selven juwelen niet toe en compt en(de) die min /
v(er)cocht worden dan die selve gebreke(n) des selfs jans gedrage(n) [sulle(n)] soe /
sall de selve jan tsurplus en(de) dacht(er)stel d(aer) aff mette(n) voirs(creven) sijne(n) /
scepen(en) br(ieve) opden voirs(creven) baud(ewijne) en(de) sijn ande(re) goede moghen /
verreyke(n) en(de) verhalen sonder argelist Geloven(de) voert de selve /
baud(ewijn) den selve(n) janne oft me(n) in toecomen(de) tijde(n) bevo(n)de(n) yeman(ne) /
tot zijne(n) goede(n) geleit sijnde den selve(n) geleide(n) indie(n) te hebbe(n) /
dat hij metten selve(n) beleide den selve(n) janne aende voirg(enoemde) /
juweele(n) egheen hind(er) sijn en sall m(er) den selve(n) janne alle wege(n) /
d(aer) mede te doen behulpe(n) o(m)me aen de selve juweele(n) de voirs(creven) /
gebreke(n) gelijc voirs(creven) es te verreyken Cor(am) eisd(em) /
Nagekeken doorInge Moris
ModeratorInge Moris
Laatste update:: 2015-03-30 door kristiaan magnus