SAL8125, Akte: V°75.1 (78 van 350)
Akte V°75.1
Act
Datum: 1454-10-22
Transcriptie
2020-09-03 door kristiaan magnusIt(em) willem de kersmake(re) in jeg(ewoirdicheit) der scepen(en) van loeven(e)/
gestaen heeft gekint en(de) gelijt dat hij wael en(de) wittelic/
vercocht heeft henricke van bullestraten drie viere(n)deel/
lants eygens paulo geleg(en) inde p(ro)chie va(n) berchsem in/
eene(n) stucke naestden goeden des vors(creven) henrix va(n) bulle/
straten voe(r) en(de) o(m)me de so(m)me van v gul(den) rijders d(er) mu(n)ten/
ons gened(ichs) h(ere)n ts(er)togen van bourg(oig)[nen] en(de) van brabant/
van goude goet en(de) ginge oft de weerde d(aer) voe(r) welc/
stuc lants de vors(creven) henric op sijnen cost en(de) last sal/
doen meten en(de) dat gedaen sijnde bevi(n)tmen dan des/
vors(creven) goets meer oft min wesende dan iii vierdel gelijc/
vors(creven) steet dat dan de vors(creven) henric tsurpl(us) van dien/
den vors(creven) wille(m)me gelden sall nae avena(n)t vanden vors(creven)/
v rijders en(de) desgelijx oft des min bevonden wordde/
dat sal den vors(creven) henricke aen sijn v rijd(er)s myncken oec/
nae huer avena(n)t Kennen(de) noch de selve willem den/
vors(creven) henricke vercocht hebben(de) i stuc lants [chijs goets] houden(de)/
een dach(mael) luttel min oft meer alsoe dat stuc geleg(en) is/
inde selve p(ro)chie opt herixhem naest den goeden des vors(creven)/
henrix voe(r) en(de) o(m)me ii rijders eens den vors(creven) wille(m)me te/
betalen Va(n) welke(n) stuc lants nu voe(r) geruert de vors(creven) he(n)ric/
den chijs en(de) last d(aer) uutgaen(de) tot ewige(n) dage(n) sal bliven/
gelden(e) en(de) betalen(e) en(de) heeft geloeft de vors(creven) wille(m) [sonder sine(n) cost] den vors(creven)/
henricke tot alle(n) laste(n) en(de) costen [desselfs he(n)rix] van pontpe(n)ni(n)gen en(de) and(er)ssins/
van alle(n) den vors(creven) goeden voe(r) hove en(de) h(ere)n d(aer)me(n) die afhouden(de)/
is guedinge en(de) vestich(eit) te doene van heden ov(er) xiiii dagen/
naestcomen(de) met geluften van genoechdoen te geloven uutge/
nomen vanden eygenen goeden die hij voe(r) eygen sall/
wara(n)deren et t(antu)m Tot welke(n) dage va(n) xiiii dagen vors(creven)/
de vors(creven) henric den vors(creven) wille(m)me gelooft heeft te/
betalen de vors(creven) vii rijd(er)s t(am)q(uam) ass(ecutu)[m] cor(am) velde m(er)sels/
oct(obris) xxii
Nagekeken door: Karel Embrechts
Moderator: Karel Embrechts
Laatste update:: 2013-10-04 door Jos Jonckheer