SAL8142, Akte: R°49.1 (79 van 817)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°49.1  
Act
Datum: 1473-08-25

Transcriptie

2020-03-06 door Véronique Bavin
Vander aenspraken die mathijs uuten lyeminghen met lijsbetten sijne(n) wijve/
ghedaen heeft tot katlinen smeets wettighe huysvrouwe daneels aroens alse/
van dien dat de voirs(screven) katline der voirs(creven) lijsbetten gheslaghen soude hebben/
met eene(n) stocke oft met eenre latten deylende dair af den eed te gheven/
oft te houden hopende de selve mathijs met sijnre huysvrouwen wair/
de voirs(creven) katline dair af egheen onschout en dade dat sij dat der selver/
lijsbetten bete(re)n soude met eene(n) weghe te meylanen oft niet met alsulke/
bet(er)nissen soe de scepen(en) dair af wijsen souden Ende nae dien dat de/
voirs(creven) katline den eed aenghenomen heeft dat sij der voirs(creven) lijsbetten niet/
gheslaghen en heeft noch met stocken noch latten Anders dan sij huer/
goidertie(re)nlijck met huer handt va(n) huer afgheweeght heeft Es gewijst/
wair sij den eedt doet soe sij ghep(rese)nteert heeft dat sij der aenspraken onghehoude(n)/
sijn sal Ende acht(er)volgende desen heeft sij den eedt ghed(aen) ende ghewijst/
dair mede te ghestane cor(am) blanck(aer)t ju(doco) absoloens m(er)sels hoeve(n) lynden aug(usti) xxv
Nagekeken doorWalter De Smet
ModeratorWalter De Smet
Laatste update:: 2019-05-08 door kristiaan magnus