Item jouff(rouw)[e] clara van(der) biest dochtere
//
jans baghijn(en) ind(en) grooten baghijnhove bijnnen / loven(en) haer sterckmaecken(de) voer m(eeste)[r] henr(icken) / vand(er) biest haeren broedere en(de) geloven(de) den / zelven ter manissen inden brieff te bringhen / obligan(do) et submitten(do) necnon renuntian(do) privilegio / senatusc? vellerani? ipsi insinuato heeft geloeft / en(de) geloeft mits desen merten van hanewijck / en(de) lijsbeth van(den) heuvele gehuijsschen te / volbringen en(de) te voldoen alle en(de) iegewelcke / conditien en(de) gelueften bescr(even) in scepen(en) br(ieve) / van loven(en) vand(en) da(t)[e] martii ii[a] li(br)[o] xv[c] xlviii / in 3[a] d(aer)aene dese geannexeert zijn d(aer)inne / jan vand(er) biest martijn(e) van gobbelsrode / peeter trits en(de) jan baeck v(er)bonden zijn / insgel(ijcx) oijck die rente van twee rinsg(ulden) / erffel(ijck) uuijt een meerdere rente van iiii / rinsg(ulden) waeraff dandere ii r(ins)g(ulden) op heden / bijd(en) v(oir)s(creven) gehuijsschen gecasseert zijn jairl(ijcx) / ten termijn(en) inde v(oir)s(creven) br(ieve) begrepen wel en(de) / loffel(ijck) te betaelen(e) consenteren(de) mits dese / geluefte die v(oir)s(creven) merten en(de) zijn huijsv(rouw)[e] dat / peeter trits zijn huijsv(rouw)[e] en(de) jan baecke / v(oir)s(creven) en(de) hunne goeden van(den) v(oir)s(creven) rente van / ii r(ins)g(ulden) ontslaegen en(de) ontlast zijn(de) en(de) die / zelve d(aer)aff mits desen geheel(en) ontslaen(de) / en(de) ontlasten(de) p(ro)ut cor(am) berthijns baerts / octobr(is) xii
//