Item jan minnen sone wijlen jans woonen(de) / te loven(e) in p(rese)ntia heeft voer hem zijn(en) / erffven en(de) naecomelingen ten erffuuijtgeg(even) / en(de) bekindt midts desen ten erffuuijtgegeven / te hebbene m(eeste)[r] willem(me) switten voer hem
//
zijn(en) erffven en(de) naecomelingen die goeden / naebescr(even) inden ijersten twee vierendeelen / min zesse roijen wijngaerts gelegen buijten / loven opden bollenslach regen(oete) goiris crabbe / ter eenre jan de vos ter ii[er] lambrecht / de kemmer ter iii[er] en(de) derffgen(aemen) wijlen / jans helsscheviers ter iiii[er] zijden Item / noch een vierendeel wijngaerts geleghen / bijnnen de stadt van loven(e) opde biest inde / mennestraete regen(oete) m(eeste)[r] jan van(den) daele / ter eenre die goeden van(den) heijligen / sacramente van s(in)[te] peeters te loven(e) ter / ii[er] derffgen(aemen) jacops wijlen rogiers ter / iii[er] en(de) dmennestraetkem ter iiii[er] / zijden erffelijck te houden(e) en(de) te besitten(e) / op trecht en(de) co(m)mere daer te / voeren uuijtgaen(de) te weeten(e) een(en) stuijver / erffel(ijck) aen tgroot sieck gasthuijse bijnnen / loven(e) terminis Ende voirt meer / op twee car(olus) guld(en) te xx st(uijvers) tstuck mo(ne)[te] curr(entis) / erffel(ijcken) rinte alle jaere opden xxv[en] dach / septembris te betaelen(e) en(de) inder stadt / wissele van loven(e) los en(de) vrij in for(ma) te / leveren in futur(um) ass(ecutu)[m] et satis et war(as) / prout met conditie dat die voirs(creven) m(eeste)[r] / willem die v(oir)s(creven) erffrinte van twee rinsg(ulden) / erffel(ijck) sal mogen lossen en(de) quijten alst hem / gelieven sal elcken car(olus) guld(en) daeraff met / achthien gel(ijcken) car(olus) guld(en) inde weerde voirs(creven) / ac cum Geloven(de) die v(oir)s(creven) m(eeste)[r] willem / switten obligan(do) submitten(do) ac renuntian(do) die / voirs(creven) erffrinte van twee rinsg(ulden) jairl(ijcx) ten / voirs(creven) termijn(e) den voergen(oemden) jan(ne) minnen /ten voirs(creven) termijn(e) wel en(de) loffel(ijck) te betaelen(e) / en(de) als boven te leveren ass(ecutu)[m] cor(am) berthijns / baerts septemb(ris) xxv

des quijten gegev(en) / over het afflossen deser / rente [van] bij heere ende m(eeste)r / pauwel kimps als rentm(eeste)r vande(n) heijligen geest / deser universiteijt staet op het transport vand(er) selv(er) / rente aende(n) heijligen geest gedae(n) xxi augusti 16 1597 in hac / cam(era) iii estq(ue) ead(em) quijtan(tia) de xxiiii octob(ris) 1629 / quare vacat quoad deind(e) redit(um)