SAL7331, Akte: V°387.2-R°388.1 (291 van 350)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte V°387.2-R°388.1  
Act

Transcriptie

2018-12-14 door kristiaan magnus
Cond zij allen lieden dat willem en(de) jan witteman natuerlijc kijnde(re) wout(er)s/
wittemans sijn come(n) in jeghewoirdicheiden der scepen(en) van loven(en) en(de) hebben/
gemechticht en(de) volcome(n) mach gegeve(n) den voirs(creven) woute(re)n witteman hue(re)n/
vader die [twintich] gulden penninge ph(ilipp)us geheten xx rijders der mu(n)ten h(er)toge/
philips hertoge van bourg(oign)[en] en(de) van brabant en(de) van lymborch jaerlijx lijfpe(n)sie(n)/
die de voirs(creven) gebruede(re) jaerlijx te hue(re)n live te weten tot elx live van hen/
x der voirs(creven) gulden pennnge vallen(de) deen helicht daer af opden heylige(n)/
kersdach en(de) dande(r) helicht op s(in)[t] jans dach bap(tis)[ten] hebben(de) en(de) houden(de) sijn/
aen en(de) op de goede en(de) renten svoirs(creven) ons gened(ichs) he(re)n shertogen van bourg(oig)[ne(n)]/
en(de) van brabant hier nae bescr(even) te weten op sijn tolle moelne tsijse erfpachte(n)/
en(de) alle ande(r) renten opcomynge(n) en(de) vervallen die hij heeft en(de) die hem en(de)/
sijne(n) naecomelinge(n) vervallen en(de) verschine(n) moeghen en(de) selen bynne(n) sijnen lande/
van brabant te wat steden en(de) plaetsen die gelegen sijn oft met wat name(n)/
die genoempt moegen wesen tot sijne(n) rintmeester ambachte generael oft/
sine(n) rintmeester ambachte van loven(en) oft eneghe van sijne(n) ande(re)n rintmeester/
ambachte behoiren(de) en(de) sunderlinge op sijne(n) groeten tol met sijnre tolcame(re)n
//
van loven(en) sijne(n) tol van calfvoert met allen hue(re)n toebehoirte(n) sijn ande(r) tollen/
sijn vleeschuys lakenhuys moutmolen en(de) ande(r) sijne molenen sijne rente(n) van/
sijne(n) corenhuyse oft lepel van sijnre vischmarct bynne(n) loven(en) sijn rinte(n) comen(de)/
vanden octroije vander assusen van sijnre stad van loven(en) sijne(n) bosch vander/
loe sijn beemde en(de) wig(ar)de bynne(n) loven(en) en(de) voirt alle sine ande(r) tsijse rente(n)/
erfpachten opcomynge(n) en(de) vervallen die si heeft en(de) die hem vallen en(de) v(er)schine(n)/
moegen oft selen bynne(n) sijnre vriheit oft meye(r)rie(n) van loven(en) waer die/
gelegen sijn oft met wat name die genoempt moege(n) wesen negheen/
daer af uutgescheiden alsoe lange alse de voirs(creven) woute(r) leve(n) sal den voirs(creven) gebruede(re)n/
te live bliven(de) en(de) des lanxte leven(de) jaerlijx ten voirs(creven) t(er)mijne(n) te mane(n) opteboe(re)n/
te heffen en(de) tontfangen en(de) oft gebrec inder betalingen viele de voirs(creven) lijfprente(n)/
te vervolgen alsoe dat behoire(n) soude nae tenue(r) en(de) inhoudt der prince/
paelder brieve vanden voirs(creven) lijfrente(n) gemaect gegeven en(de) verleent onsen/
gened(ichen) he(r) sijne(n) rintmeester oft den ghene(n) dien dat behoirt van des sij [hi] ontfaen/
sal bynne(n) sijne(n) leve(n) quitan(cie) te gheve(n) gelijc en(de) in alle der manie(re)n de voirs(creven)/
gebruede(re) oft enich van [hen] selve doen soude(n) moegen [promitten(tes) ratum] roel(ofs) borch(oven) sabbato post/
pascha
Nagekeken doorKarel Embrechts
ModeratorKarel Embrechts
Laatste update:: 2012-08-28 door Sabrina Keyaerts