SAL7338, Akte: V°263.1 (315 van 519)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte V°263.1  
Act
Datum: 1444-02-08

Transcriptie

2020-03-28 door Roger Morias
Tvonnisse tusschen lijsbethen hoens weduwe woute(r)s wilen moreels in deen zijde en(de) quinten cokeroel/
marscalc die midts seke(re) scepen(en) brieve(n) hem vanden voirs(creven) wilen woute(re)n bekynt/
geleit is tot den goeden des selfs woute(r)s in dande(re) zijde als vanden selven beleide ende/
schoutbrieve dair mede en(de) dair uut de voirs(creven) qui(n)ten tot den goeden des voirs(creven) wilen wout(er)s/
geleit es dwelc beleit en(de) schoutbrief die voirs(creven) lijsbeth meynde dat hae(r) vanden voirs(creven)/
qui(n)ten overgegeven soude(n) worde by dier reden(en) want wouter wilen moreels hem/
die brieve bekynt hadde tot dien eynde allene te weten(e) om onthaven te werden van/
vier mudden lijftochten dair voe(r) hij voe(r) wouteren borghe [bleven] was en(de) niet om/
dair mede enighe goede tot hem te trecken voerder dan zijn scade vander voirs(creven)/
borchtochten gedragen soude moghen gelijk zij boet te thoenen gelijc dat hue(r) dat/
inden rechte soude moghen genoech sijn Wae(r) af dat de voirs(creven) qui(n)ten meynde bij/
reden(en) die hij dair toe dede seggen luttel oft niet van rechte dienen(de) Es gewijst/
met desen woerden dat tvoirs(creven) beleyt met den schoutbrieve come(n) sal onder/
de secretarijse vander stad en(de) aldair bliven ter tijt toe dat de voirs(creven) qui(n)ten gelost sal/
zijn vander voirs(creven) borchthe borchtochten ende niet langer lombart abs(oloens) vync voshem/
dormale februarii viii
Nagekeken doorkristiaan magnus
Moderatorkristiaan magnus
Laatste update:: 2014-11-18 door Jos Jonckheer