SAL7342, Akte: R°263.1 (398 van 649)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°263.1  
Act
Datum: 1448-01-29

Transcriptie

2018-12-17 door Pieter Soetewey
It(em) jacop uute(n) lyeminge(n) die na de(n) rechte der stad van loeven(en) geleidt es tot/
allen den goeden beyde have ende erve gordts bosscharts ty(m)mermans ende/
machtilts van dormale wilen zijns wijfs weduwe wout(er)s wilen van wynge in/
deen zijde ende de voirs(creven) gord bosscart in dande(re) sijn aengegaen bij haren/
vryen eygene(n) wille ende hebben malcande(re)n toegeseecht en(de) gelooft de/
poente hier na volgen(de) inden yerste(n) heeft de selve jacop geconsenteert/
den voirs(creven) gorde dat hij niet wederstaende de(n) selve(n) beleyde voir hem/
zijne(n) erve(n) en(de) nacomelingen behouden sal alle alsulken beruerliken goede/
also wale vliegende erve als ande(re) hoedanich die zijn als de selve gord/
op den dach van heden heeft die hij en(de) de voirs(creven) wilen zijn wijf te same(n)/
hadden en(de) d(aer) toe die de selve gord binne(n) sijne(n) leven v(er)crigen oft verwerve(n)/
sal connen sceldende dair op de selve jacop tvoirs(creven) zijn beleit volcomelijc/
quite alst hier onder inder quitancie(n) genoech blijct bekinnen(de) hem/
ne(m)m(er)meer uut machte vanden voirs(creven) beleyde testame(n)te oft and(er)s te gheenre/
tijt e(n)nich recht d(aer) inne te behouden consenteren(de) den selve(n) gorde dat hij/
sijn leefdach lanc blive(n) sal en(de) als tochte(r) sitte(n) in alle(n) de(n) onberuerlike(n) goede(n)/
die de selve gord ende machtelt hadde(n) en(de) besate(n) ter tijt dat de selve/
machtilt aflivich was te wat plaetsen die zijn gelege(n) het zijn huyse hove/
wynnen(de) lande beemde chijse rente(n) hoedanich die erflijc zijn welke gordt/
openbairlijc d(aer) op voirt geconsenteert en(de) gewillecoirt heeft dat de voirs(creven)/
jacop alle de voirs(creven) onberuerlike goede na zijn doot mette(n) voirs(creven) beleyde voir/
hem en(de) sijne(n) nacomelinge(n) tot ewige(n) dage(n) behoude(n) en(de) besitten sal navolgen(de)/
der condicie(n) dair af bij de(n) selve(n) beleyde geregistreert sond(er) dair jege(n) ne(m)m(er)meer/
al waert dat hij mochte e(n)nichssins ter contrarie(n) yet te werve(n) te/
v(er)volgen oft te versueken in e(n)niger manie(re)n voir enich gerichte gheestelijc/
oft weerlijc bij hem selve(n) noch bij nyeman(de) anders in gheenre wijs voirt/
heeft gelooft de selve gord binne(n) sijne(n) leven(en) als voirs(creven) es de voirs(creven) goede/
besittende dat hij die sal houden wel en(de) cusberlijc van wande en(de) va(n)/
dake als tochte(r) oft tocht(er)sse gronde van goede besittende die sculdich/
sijn te houde(n) alle argelist uut gesceyde(n) va(n) welke(n) poente(n) gehelijc de/
voirs(creven) p(ar)tien malcande(re)n hebbe(n) gelooft warant te zijne en(de) oft de voirs(creven)/
p(ar)tien malcande(re)n behoefden om e(n)nich vande(n) goeden die elc na inhouden/
der vorwerde(n) voirs(creven) sculdich es te hebben te bescudde(n) het zij have oft erve/
d(aer) af selen zij elc den ande(re)n alle behulp doen en(de) hant en(de) mont leene(n)/
altijt te(n) coste des gheens die tselve behulp behoefde voirt heeft de selve/
gordt gesedt ond(er) scepen(en) van loeven(en) zeke(re) erfbrieve den erfgoede(n) voirs(creven)/
aengaende liggende in een vierca(n)t zwert goff coffer d(aer) aen de heyse de/
name(n) vande(n) voirs(creven) jacoppe en(de) gord gescreve(n) staen die blive(n) selen aldair des/
voirs(creven) gorts leefdach lang om hem d(aer) mede te behulpen tsijnre tocht/
behoef behoirlijc oft hij dier te doen hadde en(de) na zijn doot salme(n) die sond(er)/
yemants wed(er)seggen de(n) voirs(creven) jacoppe ov(er)geve(n) abs(oloens) wynge ja(nuarii) xxix
Nagekeken doorLieve Van Hoestenberghe
ModeratorLieve Van Hoestenberghe
Laatste update:: 2015-08-20 door Agata Dierick