SAL7357, Akte: V°178.2 (352 van 517)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte V°178.2  
Act
Datum: 1464-02-10

Transcriptie

2019-09-02 door Karel Embrechts
Vanden gedinghe dat gheweest is inde banc voir meye(r)/
en(de) scepen(en) van loven(en) tusschen denijse laukens ter eender/
zijden en(de) janne bone ter ande(re) dair de vors(creven) denijs den/
vors(creven) janne aensprack seggen(de) dat hij hem sculdich was/
xiiii(½) r(ijnsche) gul(den) oft d(air) omtrent van m pont salms die de/
vors(creven) denijs gecocht en(de) onder hadde van eenen coepman/
geheten (christ)iaen ke cryel woenen(de) te lye(r) d(air) af de vors(creven)/
jan bone zijn medegeselle was en(de) gheen betalinghe van/
hem en conste gecrigen welcke point(en) de vors(creven) denijs/
boet te thoenen (et)c(etera) Dair teghen de vors(creven) jan bone dede/
seggen kynnen(de) genoech de vors(creven) coopmantscap geschiet te/
zijne [dede] seggen dat hem de vors(creven) denijs dier hadde v(er)dragen/
en(de) d(air) af quijtgeschouwen om eenen leeu [eens] en dat dat war was/
p(rese)nteerde hij te thoenen en(de) metten mynsten (et)c(etera) hopen(de) wair/
hij dat gethoenen conste dat hij d(er) aensp(ra)ken vors(creven) ongehoud(en)/
zijn zoude D(air) op d(er) vors(creven) denijs repliceerde ov(er)gheven(de)/
wair de vors(creven) jan gethoene(n) conste dat hij metten vors(creven)/
leeuwe te vreden [was] dat hij dan den selve(n) vand(en) vors(creven) coep/
mantscap ongemoeyt soude laten Tot welcken daghe van/
thoene(n) beide de vors(creven) p(ar)tien gewijst wae(re) d(air) de vors(creven) jan/
sijns vermets volcomentlic volquam Was gewijst met/
desen worden na aensprake verantweerden en(de) thoenesse d(er)/
vors(creven) p(ar)tien en(de) dovergheve(n) des vors(creven) denijs dat de/
vors(creven) jan metter betalingen vand(en) vors(creven) leeu gestaen soude/
Act(um) in scampo cor(am) o(mn)ib(us) scabinis dempt(o) m(ar)cels febr(uarii) x
Nagekeken doorkristiaan magnus
ModeratorGreet Stevens
Laatste update:: 2016-05-24 door Xavier Delacourt