SAL7364, Akte: R°30.1-V°30.1 (68 van 581)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°30.1-V°30.1  
Act
Datum: 1470-08-06

Transcriptie

2017-11-06 door kristiaan magnus
Item gerardus van baussele secretar(is) der stad van loeven(en) in p(rese)ncia heeft/
verhuert ende bekint dat hij verhuert heeft meester richarde tronchillon/
canonic te luydic vicarius ende raid des edelen en(de) moegen(de) he(re)n lodewijx/
van bourbon busscops van luydic hertoghen van buillon en(de) greve van/
loon een huys ende hof met zijnen toebehoorte(n) gelegen achter der/
herberghen geheten den wildeman tusscen derflicheit behoiren(de) tot der/
selver herberghen in drie sijden ende eenen wech die de vors(creven) gerard/
dair behult van voe(r) ter strate(n) en(de) onder tvors(creven) huys lancx neve(n) de goede/
meester jan spyerincx doctoirs in medicine(n) strecken(de) tot in des vors(creven)/
gerarts hof van sijne(n) woenhuyse ter vierder zijden Welke erflich(eit)/
tsame(n) metten voirs(creven) weghe voirtijts te besitten plach her jan wile(n)/
vanden rijne geheete(n) de wijze prieste(r) Te houden te hebben en(de)/
te gebruycken vanden daighe van heden alsoe langhe de selve/
meester rijchart leven sal en(de) nyet langher om eene(n) zekeren/
prijs van ghelde [te weten hond(ert) en(de) drie en(de) dertich rijnsch(er) guld(en) te twi(n)tich stuv(er)s [tstuck]] dair af de vors(creven) gerard hem bekind heeft/
volcomelic genoech gedaen zijnde met gereede(n) pe(n)ninge(n) alsoe/
dat hij des te vreden es Met vueghen en(de) (con)dicien dat de voirscr(even)/
gerart en(de) zijn nacomelinghe den vors(creven) doerganc altoes alsoe/
volcomelic en(de) vry behouden selen ende bliven behouden(de) ende/
opde selve wijdde alse de vors(creven) gerard dien nu heeft ende gelic/
dien vanden voirs(creven) huyse ende hove binne(n) en(de) buyte(n) shuys/
gesceiden is Ende dat de vors(creven) meester rijchart tvoirs(creven) huys/
ende hof niet en sal moigen verhue(re)n noch v(er)coepe(n) zijn daighe/
dan [eerbe(re)n en(de)] bequamen p(er)sonen ende dat hij oic den voirs(creven) hof die hij/
metten vors(creven) huyse hebben sal niet en sal moigen met stalle oft/
and(er)ssins bety(m)me(re)n noch met muere(n) van des vors(creven) gerarts weghe/
besluyten zonder (con)sent desselfs gerarts oft zijnre nacomeling(en)/
Ende de vors(creven) gerard heeft gelooft voir hem en(de) sijn nacomeling(en)/
den vors(creven) meester rijcharde inden gront vand(en) vors(creven) huyse peislic/
te houde(n) ende dair voe(r) te warande(re)n dat hijter gheene(n) chijs/
noch rente(n) cleyn noch groot sijnen leefdach lanc [af] en sal derve(n)/
gheve(n) Ende de voirs(creven) [meest(er)] rijchard renu(n)c(ians) tot allen desen der p(ri)vi/
legien vand(er) univ(er)siteit en(de) allen ande(re)n heeft gelooft tselve huys/
en(de) hof wel en(de) loflic te houde(n) sijnen leefdach lanc van dake ende/
anders ende dair toe dair aen te belegghen tusscen dit en(de) sint jans
//
messe naistcomen(de) zeventhien rinsche guld(en) te twintich stuv(er)s tstuc/
in alrehande rep(ar)acien ende besundert in alsulken pareringhen/
en(de) rep(ar)acien als hier nae volcht Ierst salmen maken een gestijpte/
lanx des voirs(creven) gerarts doerweghe dair mede den hof des vors(creven)/
huys vanden doerweghe des vors(creven) gerarts verscheide(n) sal sijn/
alsoe datme(n) dair doer niet en moighe sien Item die scouwe opde/
vorste came(r) salme(n) v(er)trecke(n) en(de) een scouwe salme(n) maken opde tweeste/
came(r) vand(en) voirs(creven) huyse voe(r) ter straten It(em) de cauchie salmen/
voe(r) ter strate(n) verheffen ende maken den inneganc alsoe wale/
voe(r) des vors(creven) gerarts uutganc als voer tvors(creven) huys Item bove(n)/
salmen [oic] leggen noch eene(n) solde(r) op thuys voe(r) dat al nuwe ty(m)me/
ringhe es dair de balcken toe liggen ende opden overste(n) solde(r)/
een wynde van voe(r) ter strate(n) hout hoy oft and(er)s mede opte/
wynden met paleiden oft dier gelike Item de voirs(creven) meester/
rijchart heeft noch inder maten als bove(n) gelooft boven de vorscr(even)/
zeventhien rinsche gul(den) aen tvoirs(creven) huys te belegghen mede bij raide/
des vorscr(even) gerarts vijftich rinscher guld(en) Te weten tusschen dit/
ende [van] sint jansmisse naistcomen(de) over jair xx r(inscher) guld(en) binne(n) i jae(r)/
d(aer) na noch xx r(inscher) guld(en) en(de) i jaer d(aer) na noch x r(inscher) g(ulden) al te(n) p(ri)se te/
xx st(uvers) stuc al in rep(ar)acie(n) oft pareringen die d(er) erflicheit/
vande(n) voirs(creven) huyse soude(n) blive(n) en(de) toebehoire(n) Met (con)dicie(n)/
al storve de voirs(creven) meest(er) ritchart tussce(n) dit en(de) s(in)t jans(mis)s[e]/
naistcomen(de) nochtan soude(n) zijn erfgename(n) oft nacomelinge(n)/
gehoude(n) zijn de voirs(creven) xvii r(inscher) g(ulden) aent voirs(creven) huys te/
beleggen Mair [en(de)] oft de selve meest(er) ritchard storve eer/
alle de voirs(creven) t(er)mijne va(n) aenleggen(e) v(er)streke(n) ware(n) dair/
af is vorwerde wat t(er)mijne te(n) tide va(n) zij(n)re aflivich(eit)/
niet v(er)schene(n) en ware om aengeleecht te moete(n) werde(n)/
van dien aenlegge(n) sulle(n) de nacomelinge(n) des voirs(creven) meest(er)/
ritcharts ongehouden zijn en(de) bliven oppend(orp) vos/
augusti vi
Nagekeken doorChris Picard
ModeratorChris Picard
Laatste update:: 2016-07-29 door Jos Jonckheer