Vander ae(n)spraken die meester pet(er) bote scolaster gedae(n) heeft op/ andr(ies) bone scrij(n)make(r) van x r(ynsche) g(ulden) die de voirs(creven) andr(ies) den/ voirs(creven) meest(er) pete(re)n geloeft hadde voir goede ma(n)nen te betale(n)/ tot zeke(re)n dage die overleden is soe de voirs(creven) m(eester) pet(er) dat/ p(rese)nteerde te bewise(n) hopen(de) wair hij dat conste gethoene(n) dat/ de selve andr(ies) gehoud(en) soude zij(n) he(m) die schult te betale(n) d(air)tege(n)/ de selve andr(ies) he(m) v(er)antw(er)den(de) niet en ontkinde de voirs(creven) scult/ mair hoepte en(de) meynde dat de selve m(eester) pet(er) sculd(ich) soude zij(n) te/ v(er)clae(re)n wair af die schult bij he(m) geeyscht spruyten(de) q(ua)me eer hij d(air)op/ soude derve(n) antw(er)d(en) Es gewijst gelieft de(n) voirs(creven) andr(ies) naerdere/ tantw(er)d(en) dat hij dat doen mach In sca(m)pno oct(obris) x