It(em) al es dese guedi(n)ge aldus sympelijc geschiet soe es nochtan/ dat geschiet op condicie eve(n)verre de voirs(creven) arnt de voirs(creven)/ erfrinte va(n) twee pet(er)s niet af en quijtte tusschen dit en(de) van/ s(in)[te] pauwels dach naestcomen(de) over twee jair en(de) den selven/ gorde vand(en) borchtocht van dien en loste dat de selve gort/ die goede alsdan vercoepen en(de) ten hoochsten bringhen sal/ moeghen en(de) hem metten pe(n)ni(n)gen van dien [vacat] lossen allessins/ vand(en) voirs(creven) borchtocht en(de) alle costen en(de) lasten die hij d(air)o(m)me/ lijden mocht d(air)aen oic v(er)halen cor(am) eisd(em)