SAL7383, Akte: R°217.4-V°217.1 (339 van 716)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°217.4-V°217.1  
Act
Datum: 1490-01-14

Transcriptie

2021-11-01 door Walter De Smet
Item jeha(n)ne mottin docht(er) wijle(n) mottijns van/
piet(er)baix in p(rese)ntia heeft gekindt en(de) gelijdt dat/
zij huers goets moets wille en(de) danck en(de) sond(er)/
e(n)nich bedwanck oft ewechleyden gevolcht es/
ja(n)ne le mi(n)ne[ur] alhier ind(er) stadt en(de) elswaerts/
uuyt ten huyse van hue(re)n stiefvad(er) en(de) moed(er)/
sond(er) oick bijde(n) selve(n) ja(n)ne ewech geleyt te z(ijn)/
ontlasten(de) de(n) selve(n) in dien in alder manie(re)n
//
des doenlijck zijnde heeft voerts gekindt en(de) gelijdt/
oft zij tselve noch te doen hadde dat zijdt doen/
soude en(de) heeft denselve(n) quijt gescouwen van allet/
tgene des zij he(m) namaels uuyt saken van dese(r)/
soude moegen eyssche(n) in e(n)niger manie(re)n cor(am) b(er)ghe/
h(er)meys januarii xiiii
Nagekeken doorJan Boncquet
ModeratorJan Boncquet
Laatste update:: 2017-01-11 door Xavier Delacourt