Alle(n) etc(etera) dat heer en(de) m(eester) michiel du baij / doctoer ind(er) heijlige(r) godtheijt als executeur van(den) / testame(n)te wijle(n) heere(n) en(de) meeste(r) adriaens amerotii / licen(tiaet) als hij leefde(n) in beijd(en) rechte(n) in p(rese)ntia heeft / geced(eer)t getransporteert en(de) overgegeve(n) cedeerde / transporteerde en(de) gaff over mits des(en) special(ijck) ende / onwederoepel(ijck) willem de vos p(rese)nt en(de) toecoemende / accepteren(de) inde(n) naem(e) en(de) tot behoeff van meester
//
jans schellekens woonen(de) te loeven(en) ee(n) erffrinte / van vijffthie(n) carolus gulden(en) te xx st(uijvers) tstuck uuijt / en(de) van een(en) meerde(ren) erffrinte van hondert vijfftich / gelijcke carolus gulden(en) vallen(de) jaerl(ijcx) halff in octobri julio / ende halff in aprili [januario] als de voers(creven) heere en(de) m(eeste)r / adrianus ameroti[(us)] eertijts uuijt een meerde(re) erffrinte / van vi[c] gel(ijcke) carolus gulden(en) met scepen(en) brieve(n) der stadt / van bruessele in date [vacat] v(er)crege(n) heeft / gehadt opde drije state(n) slandts van braba(n)t int quartier / van bruessele omde selve erffrinte bijd(er) voers(creven) /meestere(n) janne schelleke(n)s [jouffr(ouw)e geertruijdt] oft dactie d(aer)aff hebben(de) / jaerl(ijcx) op te beure(n) en(de) tontfange(ne) quijtan(tie) en(de) acquijt / d(aer)aff te geven(e) oft anderssints d(aer)aff nae sijn(en) [haere] beliefte(n) / te moge(n) disponere(n) sond(er) voerde(r) consent oft transport / van(den) voers(creven) cedant te de(r)ffve(n) hebben(de) constitueren(de) / te dije(n) eijnde de(n) voers(creven) m(eeste)r(en) willem(me) de vos / tot behoeff als voere special(ijck) en(de) onwederoepel(ijck) / procureren(de) in rem p(ro)priam cederen(de) voerts der zelver /meestere(n) janne schelleke(n)s [jouffrouwe geertruijdt] de brieve(n) d(aer)aff sijn(de) / voe(r) soe vele die de(n) voers(creven) gecedeerde xv rinsg(ulden) / erffel(ijck) aengaen(de) zijn(de) te(n) zelve(n) rechte promitten(s) / rat(um) cor(am) liedekercke winde octobris xvii /

jouffrouwe geertruijdt waleijns weduwe / wijlen meester barthol(omeus) van(den) heetvelde / quod attestor joa(n)nes scholckens /