Item in tegenwoirdicheijt der schepenen/ ende eijgengenooten van loven, gestaen/ jan de cock zone wijlen jans woonen(de)/ tot vossem heeft opgedraegen met/ behoirlijcke verthijdenisse ressche ende/ rijse anderhalff dachmael lants gelegen/ opden honsberch onder vossem, regenoote(n)/ pauwel smets ter iire sijden jo(ncke)[r]/ langenroije ter iiire, sheeren straete/ ter iiii[re] sijden, Et bonificavit anthonis/ crabbe, inden name ende tot/ behoeff van cathelijne vand(en) veken(en)/ zijne tegenwoirdige huijssvrouwe ende/ van sijne kinderen bij hem hem vande/ voirs(chreven)e cathelijne behouden prius/ emancipatis, salvo de(n) voirs(chreven) crabbe/ gereserveert sijn tocht, quo facto
//
reddidit terminis ende voirts/ meer op drije carolus guldens te xx st(uijver)s/ tstuck loopende munte erffel(ijck) ende/ eijgene rente, jairl(ijks) op datum van des(er)/ te betaelen, Et in cambio quite et/ libere in futurum assecutum, his interfuerunt/ beringe(n), liebrechts scabini et allodii/ consortes, Item spoelberch ende rombouts/ similiter allodii consortes, coram quibus/ satis, et waras pro vero allodio,/ alleenlijck belast met xxv stuijvers/ erffel(ijck) aende kercke van vossem/ ende mette voirs(chreven) op nu gehijpothiceerde/ drije rinsguldens erffel(ijck), Promitten(s)/ insuper singulis annis personaliter/ persolvere, ende opten voirs(chreven) grondt/ tegen lichtmisse naestcommende te stellen/ een huijs, met conditie dat die/ voirs(chreven)e bekinder die voirs(chreven)e drije/ rijnsguldens erffel(ijck) sal mogen redimere(n)/ teender reijsen elcken rinsgulden/ met sestien gelijcke rinsguldens/ ende met volle rente, et casu quo/ ad mo(nitionem) alia qui hec rogantes, quod/ faciunt scabini pred(ict)i, actum novembris/ xxix 1604