SAL7738, Akte: R°256.3 (395 van 480)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°256.3  
Act
Datum: 1445-04-24

Transcriptie

2013-09-30 door Kristiaan Magnus
It(em) es voirw(er)de en(de) ondersproeken so wanneer de voirs(creven) willem voet den voirs(creven)/
loedewijcken guedi(n)ge en(de) vesticheit gedaen sal hebben voe(r) scepen(en) van loeven(en) van/
x gulden rijders d(er) mu(n)ten ons gened(ichs) he(re)n etc(etera) jairlik(er) lijfrenten ten live/
katlijnen weduwe lambrechts wilen stopgats werdynne des voirs(creven) loedewijx/
het zij op goede panden oft borgen dae(r) voe(r) goet genoech sijnde dat dan/
de voirs(creven) willem en(de) sijn borgen vander voirs(creven) geluften ongehouden selen wezen/
Behoudelic dien dat sij den voirs(creven) loedewijcken betalen selen vanden voirs(creven)/
x rijders lijfpensien na gelande vanden tide dat verstriken sal van kersmisse/
lestleden tot dat de voirs(creven) vestich(eit) geschiet sal sijn Ende oft tvoirs(creven) lijf storve eer/
de selve vesticheit geschiedde so selen zij oic gestaen te betalene vanden voirs(creven)/
renten na gelande vanden tide van kersmisse lestleden en(de) tot deser meyni(n)ghen sal/
de voirs(creven) loedewijck met dezen brieve wercken en(de) niet voerder sond(er) argelist eisd(em)/
Nagekeken doorJos Jonckheer
ModeratorJos Jonckheer
Laatste update:: 2013-05-17 door Inge Moris