It(em) bartholomeus van gheele en(de) jan maes wonen(de) te herssele hebben/ hen op heden gep(rese)nteert int recht voe(r) meye(r) en(de) scepen(en) van loeven(en)/ om ald(aer) aentespreken henricke vanden tymple poirte(re) der stad van/ loeven(en) vander ticht daer voe(r) hij ten versuecke des voirs(creven) bertholmeeus/ tot arschot gevangen was daer de selve henrick hem dede uutscriven en(de) sijnre/ wederp(ar)tien op heden dach beteken(de) alhier inde banck daer de voirs(creven) henrick/ selve niet come(n) es es om vand(er) voirs(creven) tich rechts te plegen te wete(n)/ van dat zij meyndden dat hij hen geloeft hadde scadeloes te houden van/ tolle van zeke(re)n wijnnen die sij hem gevuert hadden van arschot/ te halle cor(am) scab(inis) existen(tibus) in placito sdond(er)d(aighs) no(vembris) xxvi/